Sociologenpanel: Het vaste contract kan nog lang niet in de prullenbak

Gaat technologie ons werk helemaal veranderen? Hoe zit het met het evenwicht tussen vaste en flexibele banen? En waar komen al die burn-outs vandaan? We vroegen het Sociologenpanel zich te buigen over (de toekomst van) werk. ‘Sociologen moeten tegenwicht bieden aan de economische visie op de arbeidsmarkt.’

‘Het gaat goed met Nederland’, schreven de samenstellers van het nieuwe Jaarboek voor Sociale Vraagstukken vorige week op deze plek. ‘De werkloosheid is laag en na een enorme economische crisis zijn we materieel gezien weer terug op het niveau van tien jaar geleden. De afgelopen 25 jaar is alles beter geworden: de levensverwachting is hoger, net als het opleidingsniveau en de arbeidsparticipatie.’

Maar toch. Tegelijkertijd zijn er zorgen. Omdat werk voor veel mensen geen houvast meer biedt door flexibilisering. Omdat onzeker is wat er gebeurt als we onze baan kwijtraken en afhankelijk worden van sociale zekerheid. Misschien is de kwestie ook wel existentieel en zijn we steeds meer van werk gaan verwachten.

‘Waar in de tweede helft van de twintigste eeuw het hebben van betaald werk min of meer gelijkstond aan baanzekerheid, een volwaardig (gezins)inkomen en bescherming tegen inkomensverlies, missen veel van de huidige werkenden deze zekerheden’, schrijven Paul de Beer en Sanne van der Gaag in hun bijdrage aan het jaarboek. ‘Betaald werk vormt niet langer een garantie tegen armoede en verlies van het werk. Dit roept de vraag op hoe in de eenentwintigste eeuw toch aan alle werkenden voldoende werk- en inkomenszekerheid kan worden geboden.’

Nieuwe zekerheden in onzekere tijden  doopten de redacteuren het Jaarboek. Eén ding is zeker. Werk is allang niet meer enkel een middel om brood op de plank te krijgen. Mensen streven naar ontplooiing van hun vaardigheden en zichzelf, zoeken ‘een baan die bij hen past’, willen zich ‘happy voelen in hun werk’. Een postmaterialistisch ideaal, dat tegelijkertijd een grote druk legt op onze strevens. Zeker in combinatie met de verwachtingen van de buitenwereld – in praktisch en mentaal opzicht. Gelet op de prevalentie van burn-outs komt de postmaterialistische boomerang regelmatig recht in het gezicht terug.

Sociologen hebben zich zo lang ze bestaan (en zelfs toen ze zichzelf nog geen ‘socioloog’ noemden) bezig gehouden met werk. Het marxisme is uit de collegezalen verdwenen, maar in het denken over arbeid en ongelijkheid is Karl Marx een pionier geweest. De arbeidssociologie is nog steeds een stevige poot onder de leerstoel van de discipline. De vorming en verandering van de verzorgingsstaat een levensader van het vak.

Genoeg reden dus om de sociologen van het Sociologenpanel zich te laten buigen over (de toekomst van) werk en de verandering van de arbeidsmarkt. Het was een mooi toeval dat dit ook het thema is van het NSV Actualiteitencollege op 28 november.

We vroegen daarom door de sprekers tijdens dat college de stellingen voor dit tweede panel aan te dragen. We danken daarvoor Monique Kremer (Bijzonder hoogleraar Actief Burgerschap aan Universiteit van Amsterdam), Simone van Dijk (lid van de Nationale Denktank 2017, die tien oplossingen presenteerde voor de arbeidsmarkt van de toekomst) en Paul de Beer (bijzonder hoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam en verbonden aan het Wetenschappelijk Bureau voor de Vakbeweging).

Lees hier de uitslag van het Sociologenpanel