INTERVIEW André Krouwel: Politieke dienstplicht om monocultuur te doorbreken en democratie te versterken

De verrassend hoge opkomst van jongeren bij de recente Tweede Kamerverkiezingen neemt niet weg dat de politieke betrokkenheid van vooral lager opgeleide jongeren sterk te wensen overlaat. Invoering van een politiek-sociale dienstplicht kan daar verandering in brengen, zegt oprichter van KiesKompas en politicoloog André Krouwel. Zijn voorstel daartoe heeft twee jaar na dato nog geen praktische uitwerking gekregen. Waarom eigenlijk niet?

Ruim twee jaar geleden verscheen het rapport Remkes dat aanpassingen bepleitte van de vaderlandse democratie en rechtstaat. In reactie op het rapport van de staatscommissie opperde politicoloog André Krouwel het idee om een politieke dienstplicht voor jongeren in te voeren.

Hij pleitte ervoor om jongeren tussen de 16 en 22 jaar oud te verplichten om gedurende ten minste een half jaar enkele uren per week bij een politieke partij te werken. Daarmee zou het vertrouwen in de democratische instituties als het parlement, het juridische systeem, politie en politieke partijen worden vergroot en de betrokkenheid van jongeren bij politiek en democratie worden bevorderd.

Over uw voorstel is sindsdien weinig meer vernomen. Was het achteraf bezien misschien toch niet zo’n goed idee?

Krouwel: ‘Ik ben er nog steeds voor dat jongeren in de formatieve jaren van hun leven ervaringen opdoen die ze anders, in hun gewone levensloop, waarschijnlijk zouden missen. Politieke dienstplicht komt ten goede van de democratie in het geheel en politieke partijen in het bijzonder. Nu is nog geen 1 procent van de Nederlanders actief in de politiek en worden politici uit een zeer beperkte pool gerekruteerd. De winst voor jongeren is dat ze tijdens hun politieke dienstplicht kennis en vaardigheden opdoen die hen later in het leven ook van pas kan komen.’

‘Als jongeren aan de slag gaan bij een lokale partij – je wilt geen miljoen jongeren in Den Haag – leren ze dat politici niet de zakkenvullers zijn waarvoor ze vaak worden uitgemaakt, maar vaak zeer inspirerende mensen zijn die zich dag en nacht inzetten voor het lokale bestuur, en daar omgerekend minder mee verdienen dan een dertienjarige vakkenvuller bij AH.’

‘Ze leren er ook dat je via politiek dingen voor elkaar kunt krijgen. Dat je moet onderhandelen, compromissen moet sluiten en je soms neer dient te leggen bij een minder optimale oplossing. Ook zullen ze merken dat de besluitvorming, ook over kleine en simpele onderwerpen, zoals prullenbakken in de straat of het aanpakken van zwerfvuil in de buurt, vaak ingewikkeld is. Dat proces meemaken is waardevol.’

Krouwel stoort zich aan het misnoegen – ‘Politikverdrossenheid’- alsof politici maar wat doen en helemaal niet weten wat er in de samenleving speelt. ‘Dat is dus gewoon niet waar, als je weet hoe vaak lokale politici met ander burgers praten, hoe lang en vaak vergaderd wordt over allerlei problemen waar burgers tegenaan lopen, hoe lang er nagedacht wordt en hoeveel inspraak er is. Punt is dat de meeste mensen daar niets van merken, want ze gaan nooit naar bijvoorbeeld gemeenteraads- of commissievergaderingen.’

‘De politieke dienstplicht zal je leven of overtuigingen niet meteen omgooien, maar je leert wel iets dat anders verborgen blijft.’

Uit onderzoek van sociale vraagstukken naar de achtergrond van kandidaat Kamerleden blijkt dat meer dan 90 procent hogeropgeleid is. Dat is op lokaal niveau niet veel anders. Het grootste deel van de Nederlandse jongeren is net als hun ouders lageropgeleid. Politieke dienstplicht zal kortom een stevige cultuurclash opleveren.

‘Als je kijkt naar de groep waaruit politieke partijen rekruteren, die is heel smal, minder dan 1 procent van de bevolking. Bijgevolg zie je in de politiek voortdurend dezelfde soort mensen: schoolmeesters en ambtenaren. Als ook jongeren en lageropgeleiden actief worden, kan de politiek gemêleerder en representatiever worden.’

Krouwel wijst erop dat er sowieso een steeds grotere scheidslijn bestaat in de samenleving tussen de ‘anywhere’s’ –de 25 procent hogeropgeleiden - en de ‘somewhere’s’ – de hele grote groep lageropgeleiden. ‘De bevindingen van jullie onderzoek naar de achtergrond van kandidaat Kamerleden bevestigt dat alleen maar.’

Hij hoopt en verwacht dat invoering van de politieke dienstplicht op termijn ertoe leidt dat er in de politiek ook weer mensen te zien zijn die gewoon een beroep uitoefenen: ‘niet alleen Kaag, maar ook Schaefer. Ik denk overigens serieus dat er door de politieke dienstplicht enorm veel politiek talent naar boven komt en we de sociale ontworteling van politieke partijen kunnen remmen en omkeren.’

De Amsterdams politicoloog is bang dat als we de diversificatie van de politieke partijen aan de vrijwilligheid overlaten, er niets bereikt wordt. ‘Dan krijgen we wat we al hebben: een monocultuur die zich ook op andere terreinen manifesteert. Mensen uit verschillende sociale klassen knopen minder vaak relaties meer met elkaar aan. Mensen uit de midden en hogere klassen komen ook steeds minder mensen want in grote steden koop je als ‘armoezaaier’ echt geen woning meer.’

‘Die politieke dienstplicht is er juist voor om jongeren met een mbo of lagere opleiding bij de democratie te betrekken, actief en passief. We hebben het dan over jongeren die sowieso meer moeite hebben om een connectie met economie en samenleving te maken. Dat wordt voor hen een stuk eenvoudiger, als ze na de vervulling van hun politieke dienstplicht andere vaardigheden en een groter netwerk hebben ontwikkeld.’

Uw voorstel is tot nu toe politiek niet uitgewerkt. Van welke partijen had u meer praktisch enthousiasme verwacht?

‘Mijn voorstel voor politieke dienstplicht kwam voort uit reactie op het rapport Remkes, maar al eerder schreef ik over de verzwakking en ontworteling van politieke partijen en hoe die door meer geld en menskracht weer versterkt kunnen worden.’

Van dé partij van het maatschappelijk middenveld: het CDA, had hij meer verwacht. ‘In de loop van de afgelopen veertig jaar deed ze immers zelf voorstellen voor respectievelijk een maatschappelijke dienstplicht voor probleemjongeren en een maatschappelijke dienstplicht voor álle jongeren. Maar ze schoten door met voorstellen voor heropvoedingskampen. Je kunt het aantrekkelijk maken door een vergoeding aan te bieden, bijvoorbeeld dat je twee jaar langer met volledige beurs mag studeren. Voor wat hoort wat.’

Krouwel snapt wel waarom al die voorstellen voor maatschappelijke dienstplicht – inclusief de zijne voor een politieke dienstplicht - tot op heden een dode letter zijn gebleven. ‘Het CDA is gewoon niet de partij van het middenveld meer. Ze is evenals de PvdA maatschappelijk ontworteld. Ook om partijen weer te laten wortelen in de samenleving kan politieke dienstplicht uitkomst bieden.’

Jan van Dam is redacteur van sociale vraagstukken

 

Foto: Gerard Stolk (Flickr Creative Commons)

Dit artikel is 1508 keer bekeken.

Reacties op dit artikel (3)

  1. De Nederlandse politieke partijcultuur is helemaal niet gericht op actieve deelname van burgers.
    In feite zijn alle politieke partijen kleine dictaturen die door een selecte groep in eigendom zijn en door hen worden geleid.
    Ledenvergaderingen zijn meestal voorgekookt en kieslijsten worden door de partijtop samengesteld.
    In feite zijn partijen een gesloten bastion die zich alleen in verkiezingstijd noodgedwongen tot de kiezer moeten richten. De media hebben hierbij een zeer sturende en manipulerende rol aangezien zij het kader van de ‘discussie’ bepalen.
    Het geruzie en het gekrakeel bij de huidige kabinet (in)formatie laat zien dat het parlement meer weg heeft van een slangenkuil in theater setting.
    Kamerleden en andere politici kunnen beter een tijdelijke maatschappelijke dienstplicht gaan vervullen om zo te ontdekken hoe bijvoorbeeld de Bijstand en het verblijf in een verzorgingstehuis in de praktijk voor burgers werkt

  2. Boeiende discussie. Voelt toch vreemd. De Staatsmacht inzetten om een politieke dienstplicht op te leggen om jongeren tot de politiek te brengen. Diagnose is toch dat partijlidmaatschappen veronderstellen dat in een vertegenwoordigende democratie partijen in de samenleving ergens bijhoren. Dat was vanzelfsprekend in de zuilentijd. Dat was voor velen knellend, op den duur. Nu gaat het via zelfselectie, recruiting en heenzenden als je de vereiste clicks niet realiseert. Daarom is het contigent 60 plussers ook klein. Toch miljoenen mensen. Ik was verontwaardigd dat een aantal 50plussers eruit zijn gezet die eindelijk naar de uitvoering keken. Echt waardevolle mensen die niet op weg zijn naar een post in het kabinet. Dat geeft op de lange duur meer vertrouwen.

  3. Als wij geen dienstplicht invoeren en ons militaire apperaat niet vernieuwen dan doen we het zelfde als in 1939 heel Nederland kijkt de andere kant op zijn wij goed in toen heeft het 3 dagen geduurd dat wij bezet waren een handje vol militairen gaat niet helpen je ziet het poetin liegt waar hij zit lopen doet hij niet veel kijk hoeveel burger slachtoffers er zijn sluit die gaskraan Groningen hebben zelf gezegt draai maar open met debatten ga je het niet redden daar zit peotin juist op te wachten doe iets AUB voor heel Europa vriendelijke JLigtvoet

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *