COLUMN De markt sociale problemen laten oplossen? Dat kan

Veel burgers vinden dat de overheid het maar moet oplossen als er ergens een probleem is. Maar de slagkracht van de overheid is beperkt. De markt kan uitkomst bieden, maar vanzelf gaat dat niet. Hoogleraar Marcel Canoy ziet kansen.

Neem nu problemen waar burgers - zelfs met een goed netwerk - maar moeilijk zelf een oplossing voor kunnen vinden. We kennen problemen die maatschappelijk duur en niet makkelijk oplosbaar zijn. Denk aan verslaving of schulden. In 2020 werd becijferd dat het ons 17 miljard (!) kost om 3 miljard aan problematische schulden te saneren. Een van de redenen is dat we de schulden eerst flink laten oplopen, waarna een oplossing dan ingewikkelder wordt. Bizar.

Verslaving

Verslaving is ook al geen vrolijk verhaal. Alleen drugscriminaliteit kost jaarlijks al 3 tot 4 miljard. Tel daarbij op ziektekosten, verkeersongelukken, overlast en ziekteverzuim. Los van al het persoonlijke leed van verslaafden en schuldenaars en hun omgeving. Ook hier is vroeg ingrijpen beter, maar niet altijd eenvoudig te organiseren.

De overheid vindt beide problemen lastig. Schuldsanering is berucht ingewikkeld en versnipperd. Vele kabinetten deden pogingen zaken te stroomlijnen, maar veel soelaas heeft dat niet geboden. Verslavingszorg is niet altijd effectief en er zijn stevige wachtlijsten. Als de overheid dit niet kan fixen, kan de markt dan uitkomst bieden?

De markt

Het korte antwoord is: misschien. Het hangt er namelijk van af hoe je die markt organiseert. Stel dat een commerciële partij de schuldenmarkt betreedt onder de premisse dat die een schuldenaar efficiënter kan helpen dan de overheid. De commerciële partij in kwestie gaat dan geheid cherry picken. De gemakkelijke gevallen worden eruit gevist en de tarieven worden gecasht. Het is eigenlijk triest genoeg hoe nu de ggz werkt, zelfs zonder commerciële spelers, maar dit terzijde. Een ander risico is dat tarieven worden geïncasseerd, maar dat geen goede dienstverlening wordt geleverd. Dat zien we bij cowboys in de zorg al gebeuren.

Er is een manier om cherry picken en kwaliteitserosie tegen te gaan

De gevolgen van deze praktijken zijn dat schuldenaars en verslaafden - vooral de ernstige gevallen – slecht geholpen worden. Als het businessmodel van de commerciële spelers lucratief is, wordt personeel weggezogen uit de publieke voorzieningen, die ook nog eens opgescheept worden met de ernstige gevallen, waar dan weer wachtlijsten voor ontstaan met alle gevolgen van dien voor betrokkenen en de maatschappij.

Slimme markten

Er is een manier om de beide problemen van cherry picken en kwaliteitserosie tegen te gaan. Voer acceptatieplicht in. Dat is misschien een zwaar middel, maar bij zorgverzekeraars bestaat het ook. Het verhindert dat commerciële partijen de krenten uit de pap halen en de overheid met de ernstige gevallen opgezadeld wordt. Als die partijen claimen dat ze slimmer dan de overheid zijn, mogen ze het laten zien. En geen smoesjes dat hun ‘unieke concept niet geschikt is voor persoon x of y’. Maar dan ben je er nog niet.

Als social impact bonds goed worden vormgegeven, is het win-win

Acceptatieplicht helpt tegen cherry picken, maar niet tegen kwaliteitserosie. Het voordeel van schulden en verslaving is dat ze opgelost kunnen worden. Mensen zijn clean of de schulden zijn gesaneerd. Dat is te meten. Je kunt   afspraken maken met commerciële partijen dat ze op prestaties worden afgerekend en niet op inspanningen.

Social impact bonds

Een social impact bond is een contract tussen de overheid en een (al dan niet op winst gerichte) private partij, waarbij de private partij een soort no cure no pay-deal sluit. De ervaringen met de  social impact bonds zijn gemengd. Mijn sterke vermoeden is dat dat komt omdat de bonds ook worden ingezet op overheidsgebieden waar succes veel moeilijker te meten is. Sluwe commerciële partijen zullen er dan in slagen een slaatje te slaan uit de bonds.

Risico’s

Er zijn altijd risico’s verbonden aan het laten uitvoeren van overheidstaken door de markt. Dat is niets nieuws onder de zon. En er zijn altijd mensen die dit enge neoliberale globaliseringsterreur vinden (in dit geval overigens zonder één argument daarbij te noemen). Ik ben zelf wat rustiger op dit vlak. Het is goed oog te hebben voor de risico’s, geen instrumenten in te zetten op gebieden waar die risico’s groot of onbeheersbaar zijn. Maar de marktcritici hebben bij mij altijd één probleem: als de overheid jaar op jaar laat zien een bepaald probleem niet aan te kunnen, dan is dat toch ook een risico? Of is dat dan minder erg? Hopen we dan maar op het volgende kabinet? Het zal vaak ijdele hoop blijken.

Win-Win

Als social impact bonds goed worden vormgegeven, is het win-win. Wachtlijsten worden korter of mensen worden beter geholpen. Investeerders verdienen hun boterham en worden beloond voor het nemen van risico’s. En de overheid kan zich richten op dingen die de markt echt niet kan. Zowel bij schulden als bij verslaving zie ik geen fundamentele reden waarom een combinatie van social impact bonds en acceptatieplicht mis zou gaan. Ik zou zeggen: doen.

Marcel Canoy is hoogleraar gezondheidseconomie en dementie aan de VU en adviseur van de Autoriteit Consument & Markt (ACM).

 

Reacties op dit artikel (2)

  1. De meeste problemen die thans in de zorg en gezondheidssector bestaan zijn door ‘marktwering ‘ veroorzaakt of worden erdoor versterkt. De rode draad hierbij is dat de overheid hier op afstand wordt gezet en marktpartijen hun winst kunnen maximaliseren zonder al te veel regels.
    Verslavingszorg en schuldsanering via commerciële partijen laten oplossen is het neoliberale paard van Troje binnenhalen aangezien de overheid resultaat verplichtingen met de aanbieders van zorg moet aangaan. Het is hierbij niet mogelijk om op de praktisch vereisten van de zorg/dienstverlening te kunnen sturen. Ook de afstand van de hulpvrager met de dienstverlener wordt groter aangezien de aanspraken tussen hen slecht te regelen valt en de overheid daar niets meer over te vertellen heeft.
    Dat de overheid bepaalde problemen niet op kan lossen wil niet zeggen dat de markt dat beter of efficiënter kan doen. Vaak moet dan juist ‘marktfalen’ weer door de overheid gecorrigeerd worden.
    Marcel Canoy is thans nog de enige econoom die nog geloof hecht in marktwerking in de zorg en gezondheidssector.
    Voor de successen van ‘marktwerking’ in de zorg zou hij het boek van Lian Marijnissen “de winst van eerlijk delen eens moeten lezen.

    https://uitgeverijprometheus.nl/boeken/winst-van-eerlijk-delen-paperback/

  2. Pvda’er Marcel Canoy leeft in een parallel universum, want de markt lost niks op. Kijk maar naar de woningmarkt die door de PVDA naar de kloten geholpen is, met alle gevolgen en radicalisering vandien van de traditionele achterban van de PVDA die een revolte ontkenenen met kwalijke gevolgen zoals Brazilië en Amerika.

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *