Beschermingsbewind is een wettelijke beschermingsmaatregel. Voor mensen die niet zelf hun financiën kunnen regelen, kan de kantonrechter bewind over geld en goederen uitspreken. De rechter maakt niet de afweging of andere vormen van financiële ondersteuning wellicht beter zouden passen, maar beoordeelt alleen het verzoek tot onderbewindstelling.
Het aantal onder bewindstellingen dat gefinancierd wordt vanuit de bijzondere bijstand, is de laatste jaren fors toegenomen. Uit de factsheet Financiën Bijzondere Bijstand van Divosa blijkt dat gemeenten veel meer uitgeven aan bijzondere bijstand dan zij aan budget van het rijk ontvangen. Gemeenten vrezen dat dit ten koste gaat van andere uitgaven in het kader van armoede- en schuldenbeleid. Zo geeft de gemeente Arnhem meer geld uit aan armoedebestrijding dan ooit, maar stelt verantwoordelijk wethouder Gerrie Elfrink vragen bij de verdeling ervan: ‘Er gaat veel te veel geld naar beschermingsbewind. Deze kosten rijzen echt de pan uit. In 2009 gaven we hier nog 300.000 euro aan uit en nu zijn we er bijna 3 miljoen aan kwijt, terwijl de doelgroep er over het algemeen niet wijzer van wordt. Onderbewindstelling is in veel gevallen een te zware maatregel, die mensen maakt tot een financieel kasplantje.’ Het systeem loopt financieel vast en de vraag is of beschermingsbewind vaak niet een te zwaar en weinig doeltreffend middel is.
De tijdelijkheid van beschermingsbewind
Een theorie die in de wereld van schuldhulp en armoedebestrijding steeds meer ter sprake komt, is de theorie van schaarste. Deze veronderstelt dat het verkeren in een situatie van schaarste – of het nu gaat om tijd, geld of voedsel – de cognitieve vermogens nadelig beïnvloedt. Mensen onder voortdurende stress vanwege schaarste richten zich vooral op ad hoc oplossingen. Ze nemen beslissingen die op lange termijn onverstandig uitpakken. Het kan voor mensen met problematische schulden noodzakelijk zijn dat een bewindvoerder zaken overneemt: dit zorgt voor meer bandbreedte, rust en overzicht.
Maar beschermingsbewind voor mensen die het tijdelijk niet zelf kunnen, moet zo kort mogelijk duren. Na een periode van ‘orde op zaken stellen’ kan de ondersteuning zich richten op financiële zelfstandigheid. Dit kan een moment zijn om over te gaan naar een vorm van budgetbeheer met begeleiding of coaching. De bewindvoerder of hulpverlener kan, aansluitend bij motivatie, vaardigheden en het gedrag van de cliënt, hem weer op weg helpen naar financiële zelfregie. Dit hoeft overigens niet te betekenen dat iemand alle geldzaken helemaal zelfstandig bestiert. Zelfregie betekent ook dat iemand zoveel mogelijk zelf bepaalt hoe hij zijn financiën beheert en welke vormen van ondersteuning daar eventueel bij nodig en wenselijk zijn. Echter, uit onderzoek is gebleken dat bewindvoerders om uiteenlopende redenen in veel gevallen helemaal geen aandacht hebben voor het versterken van de financiële zelfregie. Hier zal dus een zorgvuldige afweging gemaakt moeten worden voor een alternatief.
Alternatieven
Patrick Welman, wethouder gemeente Enschede en lid van de VNG-commissie werk & inkomen: ‘Al in 2013 hebben we de problematiek rond beschermingsbewind aangekaart. We hebben onze zorgen geuit en het kabinet gevraagd ons meer ruimte te bieden om meer sturing te geven op de inzet van beschermingsbewind.’ Gemeenten ontwikkelen alternatieven voor beschermingsbewind, zoals budgetbeheer met begeleiding. Zo werkt men in Apeldoorn met ‘budgetbeheer plus’. ‘Dat is nodig’, aldus wethouder Johan Kruithof (en lid van de VNG-commissie werk & inkomen), ‘omdat regulier budgetbeheer soms te licht is en beschermingsbewind te zwaar. Er is dan een tussenvorm nodig.’ Dit houdt in dat de gemeentelijke kredietbank extra en indien nodig langdurig intensieve ondersteuning biedt, soms met inschakeling van vrijwilligers en hulpverleningsinstanties.
De gemeente Arnhem heeft de 'Arnhemse Route voor financiële oplossingen' opgesteld. De opzet is dat inwoners door professionals uit de sociale wijkteams worden doorverwezen naar voor hen passende vormen van ondersteuning. Eén van de mogelijkheden is Budgetondersteuning op Maat (BooM). De sociale wijkteams verwijzen mensen, maar ook zijn de eerste cliënten vanuit beschermingsbewind ingestroomd. Zij krijgen een vorm van budgetbeheer al dan niet met coaching. Eerst beheren zij onder begeleiding een deel van hun financiën zelf, maar op termijn krijgen ze weer volledig zelf de regie. Dit maatwerk blijkt goed aan te sluiten bij wat mensen zelf kunnen en willen. Een van de deelnemers: ‘De huur wordt voor mij betaald. Sommige dingen doe ik al zelf, zoals elektriciteit en zorgverzekering. Stap voor stap ga ik meer doen.’
Tijd voor actie
De groeiende behoefte aan beschermingsbewind komt door verschillende factoren: de gevolgen van de economische crisis, de steeds lagere koopkracht van uitkeringsgerechtigden, het ingewikkelde toeslagenstelsel en de toenemende schuldenproblematiek bij jongeren. Steeds meer huishoudens met problematische schulden moeten rondkomen van een bedrag onder de beslagvrije voet. Hierbij werkt ook het overheidsbeleid soms oplopende schulden in de hand. Wethouder Welman: ‘Om die reden heeft de VNG aan de bel getrokken en zijn we met aanbevelingen gekomen’. Deze aanbevelingen luiden:
- Zorg dat kwetsbare groepen hun weg kunnen vinden. Het fiscale stelsel was al complex en het systeem van inkomensvoorzieningen en toeslagen is alleen maar ingewikkelder geworden.
- Voer een meer integraal overheidsbeleid, om te voorkomen dat de schuldenproblematiek en de toestroom in beschermingsbewind zullen blijven stijgen. Er moet haast gemaakt worden met het vereenvoudigen én juist toepassen van de beslagvrije voet.
- Zorg voor financiële educatie in het onderwijscurriculum, zodat de financiële weerbaarheid onder jongeren wordt vergroot.
- Zorg voor een budget dat gereserveerd wordt voor beschermingsbewind vanuit het Rijk. Het rijk betaalt beschermingsbewind voor de niet-leerbare doelgroep.
- En de gemeente verstrekt bijzondere bijstand voor de potentieel leerbare doelgroep mits dit qua draagkracht noodzakelijk is.
Gemeenten willen zich meer toeleggen op het ontwikkelen van preventie, het bieden van alternatieven voor beschermingsbewind en het verbinden van schuldhulpverlening in het sociale domein. En daarbij zouden zij graag zien dat voorafgaand aan de maatregel tot beschermingsbewind wordt bekeken of een minder vergaande voorziening mogelijk is. Dit is ook één van de punten in de motie van de Kamerleden Heerma en Schouten die in december 2015 is aangenomen in de Tweede Kamer.
Waar wachten we nog op? De problemen zijn evident en oplossingsrichtingen schemeren aan de horizon: laten we voor de groep voor wie het nodig is, zoeken naar zo kort mogelijke vormen van bewind, gericht op zelfregie. Er wordt nu te snel naar bewind gegrepen, vanuit een idee dat mensen het tóch zelf niet kunnen. Niet voor iedereen met financiële problemen is bewind nodig: laten we onderzoeken voor welke groepen lichtere ondersteuningsvarianten een beter alternatief vormen. Misschien uiteindelijk wel goedkoper, maar ook vooral beter voor mensen in financiële nood.
Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en Catelijne Akkermans van Eropaf!
Afbeeldingsbron: Dan Moyle (Flickr Creative Commons)