COLUMN Sterk sociaal werk = politiserend sociaal werk

In zijn column voor het boek Publiek gaan breekt Bert Lambeir, algemeen directeur van de Alexianen Zorggroep Tienen, een lans voor politiserend sociaal werk. Volgens hem heeft het geen zin om alleen maar op de barricaden te staan.

Sociaal werk overstijgt alleen al in naam het individu. Werken in de samenleving – in ‘het sociale’ – zit het sociaal werk in het DNA. Het heeft zowel het individu, groepen in de samenleving als die samenleving zélf tot doel. De poging om de situatie van het individu te verbeteren, gaat hand in hand met de noodzaak om te onderzoeken of er structurele maatregelen voor maatschappelijk kwetsbare groepen genomen kunnen worden.

Sociaal werk is altijd verbonden met het publieke en het politieke. Het probeert af te stemmen op de samenleving en kijkt hoe het sociale domein georganiseerd is en moet worden.

Gericht op verandering

Sterk sociaal werk is politiserend sociaal werk. Er is geen ontkomen aan. Politiserend werken is gericht op verandering. Dat is een absolute sterkte van het sociaal werk. Het is altijd te vinden op de werf van de samenleving, om constructies op te bouwen en te verbeteren. Het gaat de dialoog aan met beleidsmakers en initieert innovatieve praktijken als antwoord op structurele noden. Sociaal werk is een breekijzer om verandering te forceren.

Als de ideeën over maatschappelijke ordening verschillen, blijkt het sociaal werk niet altijd even ‘braaf’

Politiserend werken kent ook zijn zwakte. Door het niveau van het individu te overstijgen en zich op het publieke domein te begeven en daar verandering te bepleiten, komt sociaal werk onvermijdelijk in het vaarwater van anderen. Zolang de koers gelijke richting houdt, is er geen probleem. In die belangenstrijd loopt het sociaal werk het risico in een kwetsbare positie te belanden.

Dat komt ten dele door de mensen met wie en voor wie het werkt. Want wat als je de belangen van dak- en thuislozen naast die van huiseigenaren en vastgoedontwikkelaars legt? Wat als je pleit voor een verhoging van het leefloon met het oog op een menswaardig bestaan en voor meer kansen op deelname aan het gemeenschapsleven? Wat als je pleit voor de realisatie van de grondrechten in het algemeen en voor mensen met een chronische verslavingsproblematiek of met een precair verblijfsstatuut in het bijzonder? Belangen, evenwichten, begrotingen, overtuigingen – eerder vroeg dan laat loopt het sociaal werk ertegenaan.

Doen wat subsidiegever wil?

Zeker als sociaal werk gesubsidieerd is, en vanuit zijn politiserend DNA afstand neemt van maatregelen van zijn eigen subsidiërende overheid, ontstaat een bijzondere spanningsverhouding. Moet je te allen tijde doen wat de subsidiegever besluit of mag dat voorwerp van kritiek zijn? Wiens brood men eet…?

Het is van belang om op elk ogenblik het onderscheid te blijven zien tussen politiserend werken en het innemen van partijpolitieke standpunten. De inhoud en de rollen doen ertoe, niet de verpersoonlijking daarvan. Beleidsmakers noch sociaal werk hebben er baat bij politiserend werk tot het interpersoonlijke niveau te reduceren.

Voor werkgevers op het terrein is er een bijzonder krachtenveld om in te bewegen. Ben je opiniërend, dan riskeer je door beleidsmakers ‘ethische superioriteit’ aangewreven te krijgen – alsof je beter dan wie anders zou weten wat goed of fout is. Blijf je weg uit de publieke arena, dan vinden medewerkers je een manager – zakelijk, laks en niet betrokken. Elke werkgever in het sociaal werk bevindt zich wel eens op die plekken tussen het ‘te veel’ en ‘veel te weinig.’

Druk durven zetten

Politiserend werken is gericht op verandering en die komt op verschillende manieren tot stand. Organisaties maken van die verschillende manieren gebruik. Dat is soms zelfs noodzakelijk. Het heeft geen zin om op de barricaden te staan zonder ook aan tafel te gaan zitten en het eigen aandeel mee te wegen. Net zomin als het zin heeft aan tafel te zitten zonder zo nu en dan een vuist te maken.

Als de druk op kwetsbare mensen groter wordt, en daarmee ook de druk op het sociaal werk, dan moet je druk durven zetten – vanuit de overtuiging dat verbetering mogelijk is. Én met de bereidheid aan die verbetering mee te werken. Door dialoog, door signalering, door protest en door innovatie. Het is het voorrecht van werkgevers in het sociaal werk om, als vertegenwoordigers van een domein of organisatie, van elk van deze manieren gebruik te kunnen maken. Of moeten maken?

De toegankelijkheid van beleidsmakers en hun bereidheid om met het sociaal werk aan tafel te zitten, is de laatste jaren zeker niet afgenomen. Vertrouwen en de vraag naar verantwoording zijn in die context onlosmakelijk verstrengeld.

De toegenomen beleidskracht van lokale overheden maakt unieke dynamieken mogelijk en creëert mogelijkheden voor politiserend werk, impact en verandering. De diversiteit van de lokale besturen en hun sterk uiteenlopende beleidsruimte en financiële slagkracht leiden tot sterk verschillende praktijken en snelheden en mogelijk tot een sociaal ongelijk beleid op regionaal niveau.

Langer dan een regeerperiode

Voor organisaties met een breder werkingsgebied is dat een realiteit waarbij lange termijndoelen, visie en waarden de koers bepalen en de dialoog op gang houden. In dat opzicht kan politiseren een reactie zijn op de waan van de dag en moet het dat misschien af en toe nog meer zijn. Het sociaal werk gaat immers langer dan een regeerperiode mee.

Dit artikel is een licht bewerkte weergave van een column in het boek ‘Publiek gaan, politiserend handelen in het sociaal werk’, uitgegeven door uitgeverij Garant onder ISBN 978-90-441-3873-3. Bert Lambeir is algemeen directeur van de Alexianen Zorggroep Tienen.

 

Foto: Sophie Nuytten