COLUMN Wat als het mensen waren?

Tuig verstoort de avond en de avondklok. Ze schreeuwen. Maken van alles kapot. Ze vernielen andermans goed. Dit gaat alle verstand te boven. Demonstreren zou ik nog kunnen begrijpen. Ik ken demonstranten. Dat zijn mensen. Met goede bedoelingen. Ze uiten het niet altijd even goed. Ze houden niet allemaal anderhalve meter afstand. Toch snap ik dat ze het doen.

Anders dan dat gespuis. Beesten zijn het. Een horde olifanten die onverklaarbaar een nietsvermoedend onschuldig Indiaas dorp platwalst. Biologen denken dat hoge testosterongehaltes hen onhandelbaar maakt. Zeker weten ze het niet. Olifanten zijn leuk, behalve als ze zo tekeer gaan.

Als het nou echt mensen waren geweest, was er nog kans voor begrip. Maar in de hordes in Eindhoven, Den Bosch en Rotterdam was geen menselijkheid te herkennen. Opsporen, opsluiten, vergeten. We zijn beter af.

‘Het valt niet mee, hè?’

We hebben geen makkelijk jaar achter de rug. Corona berooft ons. Coronamaatregelen beperken ons. Maar ik ga daar zoveel mogelijk fatsoenlijk mee om. Ik schreeuw in mijn kussen. Ik sla tegen een muur. Ik zeg soms via Teams ‘het valt niet mee, hè?’ Ik zeg ook wel eens: ‘Nou!’ of ‘Ja, inderdaad.’ Zo komen we er doorheen. Ik vlieg niet uit de bocht want dan ben ik straks geen mens meer. Dan hoor ik niet meer bij ‘wij’ maar word ik ‘zij.’ De onbeteugelbaren. Dan vinden mensen die ik belangrijk vind van alles van me. Waar ik nu zit, ben ik veiliger. Ik heb een woning, een vast contract, ik krijg knikjes en glimlachjes (via het beeldscherm) van allerlei leuke mensen. Stel dat ik zou rellen, dan zou ik dat allemaal niet meer hebben.

Zou ik rellen als ik weinig te verliezen had? Nee. Want om zo tekeer te gaan, kan je geen mens zijn. En dat ben ik gelukkig wel. Mij zou zoiets nooit overkomen. Dat is een geruststellende gedachte. Ik ben te goed voor dat soort gedrag.

Rellen om te rellen

Als het mensen waren die dit deden, zou ik zoeken naar aanleidingen, achtergronden en oorzaken. Ik zou willen weten in welke omstandigheden ze verkeren. Wat hen boos maakt. Waardoor ze verleid worden. ‘Rellen om te rellen’ wordt het genoemd. Als dit mensen waren, zou ik benieuwd zijn naar waarom rellen om te rellen aantrekkelijk is voor de een en niet voor de ander. Of voor de een op een bepaald moment niet, en op een ander moment ineens wel. Ik zou er zelfs achter willen komen of er middenin het rellen iets van menselijkheid zat. Dat laatste willen de meesten niet. Want dan wordt het onderscheid tussen ons en relschoppers te klein. En verschil is er. Dat moet wel toch?

Ik was jongerenwerker en ben socioloog. Dus ik ben altijd bezig met hoe mensen tot hun gedrag komen, ertoe in staat zijn. Ik probeer uit te kijken met de drang om te controleren. Ik kijk er met een bepaalde nieuwsgierigheid naar. Gelukkig hoeft dat nu niet want dan had ik behoorlijk wat geleerd over de verachtelijke kanten van mensen. Van hen, van mezelf, en van de samenleving als geheel.

Als het mensen waren, zou ik zoveel willen weten over hoe in een van de rustigste landen van Europa, misschien wel van de wereld, zoveel woede, geweld, venijn en kortzichtigheid ontstaat. Mijn familie in Libanon, een land van corruptie, van institutioneel, symbolisch en letterlijk geweld, het land van het ontplofte Beiroet, stuurt me een berichtje om te checken of we veilig zijn in de chaos. Ik kan ze geruststellen. Ik verzorg online onderwijs, en houdt Teams- en Zoomvergaderingen. Zoals mensen als wij dat doen.

Ik kan ze ook verzekeren dat wat er verder gebeurt hoogst uitzonderlijk is. Nederlanders zijn niet zo. Dit gedrag wordt immers niet voor niets ‘on-Nederlands’ genoemd. Verreweg de meesten houden zich netjes aan de regels. De premier zegt het. De criminoloog zegt het. De verslaggever zegt het. Nu ik erover nadenk, hoor ik het best vaak. Ik geloof het ook wel. Denk ik. Is dat omdat ik het zo beleef, of omdat ik het zo vaak hoor? Na hier even over te hebben nagedacht, concludeer ik dat ook dit iets is waar ik niet over hoef na te denken.

Omdat het allemaal niet meevalt, ook niet op Teams, is het goed om een aantal dingen niet te hoeven. Stel dat het allemaal mensen waren. Dan had het me echt wel even stil doen staan. Wat doen we nou eigenlijk met z’n allen? Waartoe houden we onze adem in? Ja, behalve om geen corona te verspreiden, bedoel ik. Hoe had ik mijn Libanese familie kunnen uitleggen dat zelfs mensen – en dan ook nog eens Nederlandse mensen – tot dit soort dingen in staat zijn? Dat had er bij hen echt niet in gegaan. Dat zou een heel ongemakkelijk gesprek worden.

Gelukkig waren het geen mensen. Er is mij veel bespaard gebleven.

Sebastian Abdallah is docent en onderzoeker Sociaal Werk aan de Hogeschool van Amsterdam en zelfstandig trainer en adviseur.

 

Foto: Alex McCarthy via Unsplash

Dit artikel is 3241 keer bekeken.

Reacties op dit artikel (4)

  1. “Gelukkig waren het geen mensen. Er is mij veel bespaard gebleven.”

    “Nog steeds is Boulevard Zuid een hoofdpijndossier voor Rotterdam. Dit ondanks drie actieplannen sinds 2008, ieder met een looptijd van vier jaar, om de veiligheid te verbeteren en de winkelboulevard aantrekkelijker te maken voor het publiek. Het slechte imago van de straat vertaalt zich in een dalende stroom bezoekers, lage omzetten, eenzijdige branchering, leegstand, criminaliteit en overlast. De naam waarmee de straat in de volksmond bekend staat – witwaslaan, hoofdpijnlaan en döner-kebablaan – is meer dan een omineus teken”

    Toevallig ging een artikel van Sociale Vraagstukken een tijd geleden al over de problemen in deze Rotterdamse winkelstraat.
    De ‘avondklok’ rellen zijn dan ook niet los te zien van de set van al deze maatschappelijke problemen.
    Er houdt zich dus wel een heleboel (sociologische en psychologische) menselijkheid schuil inzake deze Coronarellen. De ‘multi culturele samenleving’ aldaar is zeker ook een factor die tot deze wantoestanden hebben geleid.
    Politieke bestuurders hebben inzake de Corona rellen heel veel boter op het hoofd omdat zij in wezen in grote mate verantwoordelijk zijn voor het ontbreken van sociale cohesie in deze wijken.

  2. Ik begrijp dat stuk van Abdallah niet. Kan hij in wat minder gezwollen taal weergeven wat hij bedoelt? Eigenlijk.

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *