Het gaat niet om sekse, het gaat om gender

Het staat buiten kijf dat vrouwen veel vaker dan mannen slachtoffer worden van geweld in de intieme sfeer. Maar als we daar iets aan willen doen, helpt zwart-wit denken niet. Het wordt hoog tijd om werk te maken van een analyse van de genderverhoudingen die het geweld veroorzaken.

De koppeling van specifieke rollen en verwachtingen aan mannen en vrouwen – gender - leidt tot ongelijkheid in macht en afhankelijkheid. Traditioneel betekent dit dat vooral mannen beschikken over maatschappelijke macht en financiële middelen, en dat in relaties andere dingen van mannen dan van vrouwen worden verwacht.

Geen zwart-wit verhoudingen

In de veiligheidszorg wordt gender vaak versmald tot vrouwelijk slachtofferschap. Voor vrouwen die geweld plegen of voor mannen die slachtoffer van geweld worden, is beduidend minder aandacht. Dat is vreemd. Want hoewel vrouwen inderdaad vaker als slachtoffer in beeld komen, zijn de verhoudingen niet zwart-wit.

Onderzoek toont aan dat 1 op de 20 volwassenen Nederlanders (ruim 5 procent) in een periode van 5 jaar naar eigen zeggen wel eens met fysiek en/of seksueel geweld in huiselijke kring te maken heeft gehad. Het gaat om ongeveer 6 procent van de vrouwen en net geen 5 procent van de mannen. We hebben het dan over circa 747 duizend mensen van 18 jaar of ouder die slachtoffer zijn geweest van minstens één gewelddaad door iemand uit de brede huiselijke kring: van partner, ex-partner, andere gezins- en familieleden tot huisvrienden.

Bij een derde (34 procent) van de voorvallen bleef het bij een eenmalig incident. Bij 41 procent was er sprake van herhaald geweld. Bijna 20 procent van de slachtoffers heeft structureel fysiek en/of seksueel huiselijk geweld meegemaakt; dat wil zeggen geweld dat maandelijks, wekelijks of dagelijks voorkomt.

Meer dan de helft van het huiselijk geweld (56 procent) is geweld door de partner of ex-partner. Meestal lichamelijk geweld (72 procent); in de overige gevallen vindt seksueel geweld plaats of een combinatie van beide.

Huiselijk geweld treft dus zowel mannen als vrouwen. Maar vrouwen worden meer dan 3,5 keer zo vaak slachtoffer van structureel geweld dan mannen, en 2 keer zo vaak van geweld door de (ex-)partner. Huiselijk geweld tegen mannen wordt vaker door (mannelijke) huisvrienden of huisgenoten wordt gepleegd.

Aandacht voor gender onontbeerlijk

Maar het gaat niet alleen om de cijfers. Wat we vooral naar voren willen brengen is dat gender het ontstaan van geweld in de kaart speelt met de hierboven genoemde cijfers als uitkomst. Als we ons dat beter realiseren, dan biedt dat waardevolle aanknopingspunten voor de aanpak van al dit geweld.

Bij die aanpak wordt huiselijk geweld niet als de daad van één persoon gezien, maar als een fenomeen dat zich in wisselwerking tussen verschillende gezinsleden – het systeem - voordoet. Geweldplegers worden niet alleen als daders neergezet, maar tevens betrokken bij de oplossing van het structurele geweld.

Binnen een systeemgerichte aanpak is aandacht voor gender onontbeerlijk. Gender speelt immers een rol in de machtsverhoudingen tussen mensen, en in hun wederzijdse verwachtingspatronen. Het weerspiegelt de opvattingen over man- en vrouw-zijn die bijdragen aan het ontstaan en in stand houden van het geweld.

Daarbij zijn verschillende niveaus te onderscheiden, dat van de samenleving, sociaal milieu en netwerk die ervoor zorgen dat mannen en vrouwen zich naar bepaalde verwachtingen gedragen, met navenante verschillen in macht en afhankelijkheid.

Ook is er het niveau van de concrete casus waarop de zojuist genoemde verschillen leiden tot bepaald gedrag, maar ook in zichzelf kunnen leiden tot conflicten wanneer iemand niet aan de eigen dan wel andermans verwachtingen voldoet.

Juiste vragen stellen

Als we geweld in de intieme sfeer effectief aan willen pakken, dan dienen we een gender-analyse van dit geweld te maken: welke verwachtingen over het gedrag van mannen, vrouwen en andere genders, agressie in de hand werken. Denk bijvoorbeeld aan de ontkenning van de gelijkwaardigheid van vrouwen en mannen. Of het prijzen van de viriliteit van mannen en maagdelijkheid van vrouwen. Er zijn legio voorbeelden te bedenken van ideeën en aannames die een negatieve invloed hebben op machtsongelijkheid tussen man, vrouw en andere genders.

Voor de analyse van huiselijk geweld moeten we dus kijken hoe opvattingen over gender leiden tot geweld in de relatie, in het gezin of in de (extended) familie. De systeemgerichte benadering, die voor huiselijk geweld en kindermishandeling als norm geldt, biedt daartoe uitstekende handvatten.

Tot slot, willen we nogmaals benadrukken dat het te simpel is om de rol van gender bij huiselijk geweld te versmallen tot mannelijke daders en vrouwelijke slachtoffers. Om de werking van gender bij huiselijk geweld goed te kunnen zien, moeten we de complexiteit van de relaties waarin huiselijk geweld speelt, onderkennen en de juiste vragen stellen. Doen we dat niet, dan doen wij zowel daders als slachtoffers tekort, omdat we hun beider kwetsbaarheid niet her- en erkennen.

Janine Janssen is hoofd onderzoek Landelijk Expertisecentrum Eergerelateerd Geweld van de Nationale Politie. Ze is tevens lector Veiligheid in Afhankelijkheidsrelaties bij Avans Hogeschool en de Politieacademie plus bijzonder hoogleraar Rechtsantropologie aan de Open Universiteit. Katrien de Vaan is adviseur en projectleider bij Regioplan.

 

Foto: engin akyurt via Unsplash