INTERVIEW ‘Kennis alleen is onvoldoende, maar zonder kunnen we ook niet’ – interview met Paul ’t Hart, bestuurskundige

De grote stroom vluchtelingen naar ons land vraagt om een oplossing. Op de Dag van de Denktanks, woensdag 9 maart, formuleert een “guerrilladenktank” voorstellen voor dit prangende probleem. Voorstellen, gebaseerd op het verstand, en voorbij de angst en emotie.

Het Groot Woordenboek van de Nederlandse Taal omschrijft denktank als volgt: ‘Een groep geleerden die zich (voor een bepaalde opdrachtgever) professioneel bezighouden met het zoeken naar oplossingen voor nieuwe problemen.’ De omschrijving uit het dictionaire dekt de lading niet meer, zegt Paul ‘t Hart, hoogleraar Bestuurskunde aan de Universiteit Utrecht, en als voorzitter van de Vereniging voor Bestuurskunde medeorganisator van de Dag van de Denktanks.

‘Sinds kort zijn er ook zelforganiserende netwerken op het internet die zich zorgen maken over sociale vraagstukken en die verschillende expertises vrij snel en ad hoc bij elkaar brengen. Aanzienlijk dynamischer dus dan de ouderwetse denktank zoals het woordenboek die beschrijft.’

Die dynamiek past volgens ’t Hart beter bij een situatie waarin wetenschappers veel meer worden geprikkeld om zich maatschappelijk zichtbaar te maken en bij te dragen aan het debat. Dat geldt ipso facto ook voor de adviesorganen van de overheid, onder de druk van bezuinigingen moeten zij hun maatschappelijke relevantie steeds meer bewijzen.’

Problemen zijn niet op te lossen met alleen een technocratische insteek

De Utrechtse bestuurskundige wijst er op dat Nederland dank zij een vrijwel onbegrensd vertrouwen in wat tegenwoordig ‘evidence based policy’ heet een fijnmazig, netwerk van technocratische denktanks in en rondom de overheid is ontstaan. Maar, zo zegt hij, ‘die positivistische opvatting voor de ken- en beheersbaarheid van de wereld en dat bestaande, verkokerde netwerk van beleidsgerichte expertisecentra voldoen niet meer, nu de relatief eenvoudige problemen zijn opgelost. “Wicked problems” zoals bijvoorbeeld het vluchtelingenvraagstuk vergen meer dan de inzet van een blik juristen of ingenieurs omdat het over waarden gaat en wetenschappelijk onzeker en omstreden is.’

Paul ’t Hart vergelijkt de vluchtelingencrisis met de gebeurtenissen op 9/11 in de VS: ‘De belangrijkste conclusie van een door de Amerikaanse regering ingestelde onderzoekscommissie luidde dat de aanslagen op de Twin Towers en het Pentagon konden plaatsvinden omdat “the dots did not get connected.” De rivaliserende Amerikaanse veiligheidsdiensten bleken hun informatie over Arabieren die ergens vliegles namen, over Bin Laden die een nieuwe aanslag voorbereidde en andere feiten niet met elkaar te hebben gedeeld.’

‘Kijken we nu naar Nederland, dan is het ongetwijfeld zo dat het Nederlands Interdisciplinair Demografisch Instituut ons kan vertellen wat het voor de demografie van ons land betekent als er plotsklaps 75 duizend mensen binnenkomen. Daarnaast kan het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum zinnige dingen vertellen over de invloed van een grote instroom van vreemdelingen op de criminaliteitscijfers en kan het kennisinstituut Movisie aangeven wat een massale toestroom van getraumatiseerde mensen met een andere taalkundige of culturele achtergrond betekent voor het zorg- en welzijnssysteem. Maar ook hier is de vraag of al die kennis wel voldoende met elkaar verbonden wordt. Is er bijvoorbeeld een verbinding tussen de informatie verkregen via het systeembeheerdersperspectief van het Sociaal Cultureel Planbureau en dat vanuit het leefwereldperspectief van Movisie?’

Gezamenlijk  in denktanks zoeken naar innovatieve oplossingen

Op de Dag van de Denktanks worden, als het aan de organisatoren ligt, de punten met elkaar verbonden. ’t Hart: ‘De bijeenkomst, die dit jaar voor de tweede keer wordt gehouden, bestaat uit twee delen. Ten eerste worden de deelnemers gevraagd om in werkgroepen een pitch te maken voor een innovatieve oplossing - een doorbraak - van een sociaal vraagstuk. En ten tweede krijgen stafleden van geselecteerde denktanks de opdracht om gezamenlijk een nieuwe, radicaal interdisciplinaire aanpak voor de vluchtelingencrisis te ontwerpen. ‘

De tweede groep vormt als het ware een “guerrilladenktank”, een ad hoc samengesteld forum dat zich buigt over de opdracht die geformuleerd is in samenspraak met Jan-Kees Goet, directeur generaal vreemdelingenzaken van het ministerie van Veiligheid en Justitie. Goet is door het kabinet aangewezen als ambtelijke coördinator om de vluchtelingenstroom in goede banen te leiden.

Op zijn hoogste abstractieniveau gaat de opdracht, aldus ’t Hart, over ‘de vraag hoe een samenleving verstandig met conflicterende waarden om kan gaan. Op een ander, operationeel niveau gaat het over hoe we het aantal vluchtelingen dat ons land recentelijk is binnengekomen, zouden moeten opvangen.’

Wellicht zijn deelnemers in staat zinvoller na te denken dan tot op heden gebeurt

‘Door de grote instroom zal de behandeling van asielaanvragen onvermijdelijk meer tijd vergen en dat leidt behalve tot frustratie bij de aanvrager ook tot een groot maatschappelijk dilemma. Ofwel, moet de samenleving in de tussentijd in asielzoekers investeren, ook al mogen ze misschien niet blijven, of moet ze dat juist niet doen, waardoor het kan gebeuren dat meer dan de helft van de asielzoekers twintig jaar later – zie het voorbeeld van de voormalig Joegoslaven – nog steeds niet de eigen broek op kan houden.’

‘Verder is er de vraag hoe een samenleving 50 duizend mensen kan opvangen en huisvesten - verspreid of geconcentreerd - zonder dat de pleuris uitbreekt. We hopen dat de deelnemers op de Dag van de Denktanks zinvoller over die vraag nadenken dan beleidsmakers tot nu toe hebben gedaan.’

‘Een derde vraag ten slotte is vooral bestuurlijk: als we ervan uitgaan dat Nederland nog jaren met een grote asielstroom te maken heeft, hoe kunnen we de instituties dan zodanig organiseren dat de opvang niet langer ad hoc gebeurt en hoe kunnen we het maatschappelijk absorptievermogen zo groot mogelijk maken?’

’t Hart waarschuwt dat ‘we in een tijd leven waarin via de sociale media en de politiek angst en emotie heel dominant aanwezig zijn in het publieke debat. En daar staat soms weinig logos, de derde poot uit de driehoek van Aristoteles, tegenover. Dat komt mede doordat beleidswereld en universiteit lange tijd met hun rug naar de samenleving hebben gestaan. Daar komt geleidelijk verandering in. Gelukkig maar, want kennis alleen is weliswaar onvoldoende om problemen op te lossen, maar zonder kennis zijn we overgeleverd aan pathos en ethos en verdwijnt de logos uit beeld.’

Jan van Dam is freelance journalist, Marcel Ham is hoofdredacteur van het Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken.