Vrouwen verdienen minder dan mannen (Eurostat, 2021). Vrouwen hebben minder managementfuncties, werken minder, kiezen relatief vaker voor een zorg en minder vaak voor een bètastudie. Vrouwen zijn vaker financieel afhankelijk (Emancipatiemonitor 2022). Ze zorgen vaker voor de kinderen en doen meer in de huishouding dan mannen. Zo blijkt elk jaar weer uit onderzoek. En dat vinden we in Nederland wel zorgelijk, maar bijna niemand wil er op korte termijn iets aan doen. Een soort collectieve staat van cognitieve dissonantie (Volkskrant, 26 november 2022).
Onvermijdelijkheid doorbreken
Deze tegenstelling tussen de ongelijke verdeling van de financiën en zorgtaken, een stereotiep vrouwbeeld en het gevoel dat dit wel belangrijk is, maar dat we niet bereid zijn om actief een bijdrage te leveren aan verandering, zorgt onvermijdelijk voor een voortzetting van de huidige situatie.
De vraag die we ons daarom kunnen of moeten stellen is waar de sleutel zit om deze onvermijdelijkheid te doorbreken en een nieuwe poort te openen, waarin vrouwen niet alleen meer in de melk te brokkelen hebben, maar ook toegang krijgen tot een volledig en complex zelfbeeld.
‘Opgesloten’ in privéleven
In 1966 hield de Franse feminist, schrijver en filosoof Simone de Beauvoir een lezing in Japan De situatie van de vrouw nu. Een lezing die inmiddels deels achterhaald is. De vrouw zit niet meer ‘opgesloten’, verstoken van een beroep of een maatschappelijk leven. In plaats van opgesloten is ze nu ‘slechts verkleefd’ (nog steeds meer dan de man) met haar privéleven, wat in ieder geval de illusie van vrijheid in zich heeft. Vrouwen hebben nooit een grotendeels of volledig maatschappelijk leven gehad, in tegenstelling tot mannen.
In dezelfde lezing zegt De Beauvoir dat wat we om ons heen zien als heel natuurlijk ervaren en het verinnerlijken. Dit deed mij denken aan een WhatsAppgesprek dat ik had met mijn zus.
Gemiste kans
Ik: ‘Het is toch ongelofelijk dat er niet over oma’s emancipatie gesproken werd door mama.’ Mijn zus: ‘Klopt. Een gemiste kans.’
De gemiste kans waar mijn zus het over heeft, is dat bij ons thuis het ‘onnatuurlijke’ geen kans heeft gekregen. De vrouw die niet opgesloten wilde worden in haar privéleven, mijn oma, werd in de verhalen van mijn moeder weer opgesloten in haar privéleven.
Was ze teleurgesteld in haar ouders, verwijtend naar de pastoor?
Wie het onnatuurlijke levend wil houden, moet er veel en vaak over praten. Over mijn oma werd amper gesproken. Wij kenden haar slechts als ‘schoonmakende oma’. Ik weet pas sinds kort, na aandringen bij mijn moeder, dat zij wel kon, maar niet mocht studeren.
Eenmaal volwassen besloot zij, tegen de wens van de katholieke kerk in, dat zij slechts één kind wilde. Haar dochter zou haar ambities en dromen wél waar kunnen maken. Zij koos voor meer financiële mogelijkheden om onderwijs voor dat ene kind (misschien) te kunnen betalen. Het enige wat ze had, was een visie voor haar dochter, een ruim vrouwbeeld en een gevoel van verzet. Ze deed niet wat anderen ‘heel natuurlijk’ vonden.
Oma’s visionaire strategie
Deze ingrediënten leiden samen met veranderend overheidsbeleid uiteindelijk tot een ‘gelukkige’ samenloop van omstandigheden. Want in de jaren zestig was het voortgezet onderwijs voor het overgrote deel van de bevolking praktisch nog steeds onbereikbaar en financieel onhaalbaar. Meisjes hadden hierbij een grotere achterstand dan jongens. Democratisering van het onderwijs kwam pas in de jaren zeventig echt goed op gang. Dankzij de visionaire strategie van mijn oma ging mijn moeder al in 1958 naar de hbs.
Heel Marokko bewonderde de mensen van de Rif
Geen idee hoe haar ‘onnatuurlijke’ gedrag voor haar gevoeld moet hebben. Was ze teleurgesteld in haar ouders, verwijtend naar de pastoor, angstvallig voor het eindoordeel Gods of misschien ontzettend eenzaam in het bekrompen maatschappelijke klimaat? Haar gevoel is niet gehoord, haar daden een langzame dood gestorven.
Tamoe was anders
Het boek Het verboden dakterras (1994) van de Marokkaanse sociologe Fatima Mernissi beschrijft haar leven in een harem. Een plek waar het ‘vrouw-zijn’ aan duidelijke regels was verbonden. Tot Tamoe kwam. Tamoe was iemand uit de Rif en een oorlogsheldin. Heel Marokko bewonderde de mensen van de Rif, omdat zij als enigen tegen de buitenlanders waren blijven vechten, terwijl de rest allang had opgegeven.
Tamoe was anders dan de andere vrouwen. Ze hield van rijden op snelle paarden, ze kon schieten, salto’s draaien zonder duizelig te worden, ze sprak Spaans en kon in verschillende talen vloeken. Ze maakte de andere vrouwen duidelijk dat vechten, vloeken en de tradities aan je laars lappen een vrouw sterk en in vele opzichten onweerstaanbaar kon maken. Mernissi: ‘Ze maakte dat mensen zich bewust werden van hun innerlijke kracht en hun vermogen om het lot in allerlei vormen te weerstaan.’
Innerlijke kracht ontbreekt
Het goede nieuws aan onze collectieve staat van cognitieve dissonantie is dat we ergens diep van binnen wel voelen dat vrouwen waardevol zijn, gelijke lonen verdienen, recht hebben op een ruim vrouwbeeld en financiële zelfstandigheid. Het slechte nieuws is dat ons de innerlijke kracht ontbreekt om te vloeken in alle talen, te vechten voor wat we waard zijn en dat we het vertikken om de tradities aan onze laars te lappen (wat we om ons heen zien beschouwen we immers als heel natuurlijk en verinnerlijken dat).
We voelen niet wat er op het spel staat
En als we de tradities aan onze laars lappen, zoals mijn oma heeft gedaan, dan maken we die met terugwerkende kracht weer traditioneel, of liever gezegd ‘natuurlijk’. Als kauwgom verkleefd aan een spijkerbroek, trekken we een klein stukje los, maar we blijven niet peuteren om de kauwgom echt van de broek te verwijderen.
Onnatuurlijke verhalen vertellen
Ik: ‘Heb jij de film The Woman King gezien?’ Mijn zus: ‘Nee.’ Ik: ‘Die moet je zien. In het begin zit je met gekromde tenen als vrouwen fysiek het gevecht aangaan. Aan het einde van de film heb je vertrouwen in hun fysieke skills.’
Kinderopvang, cijfers over lagere lonen, vrouwenquota. Het zet in Nederland amper aan tot ‘onnatuurlijk’ gedrag, omdat we ons niet bewust zijn van het ‘onnatuurlijke’. We voelen niet wat er op het spel staat. Daarom moeten we, mannen en vrouwen, eerst werken aan de beeldvorming over vrouwen. Het ‘onnatuurlijke’ natuurlijk maken.
Lees de boeken van Fatima Mernissi over de innerlijke kracht van vrouwen en het gevecht tegen de beeldvorming, kijk films die ‘onnatuurlijk’ krachtige vrouwen laten zien, dompel je onder in verhalen over vrouwelijke nestvogels met meerdere seksuele partners of vrouwelijke alfa’s bij primaten. En praat erover. Net zolang tot het natuurlijk wordt.
Fiona Harmsen is cultuursocioloog, onderzoeker en sociaal ondernemer.