Anders denken over migratie: laat asielzoekers eerder integreren

We moeten naar een migratiemodel toe dat asielzoekers laat participeren in plaats van afwachten, denken Jaco Dagevos, Erik de Bakker en Marcel Coenders, verbonden aan het Sociaal en Cultureel planbureau.

In Kuifje in Nederland, dat de Anil Ramdas Essayprijs won, beschrijft Hamed A. Nadoshan zijn ervaringen als politiek vluchteling. Nadoshan arriveerde vanuit Iran na een aantal omzwervingen in 2018 in Nederland. Een moderne samenleving waarmee hij zich innerlijk verwant voelde. Maar – zo schrijft hij – het integratieproces dat hij doormaakte, leek hem niet in te sluiten in de samenleving, maar juist buiten te sluiten.

Volgens Nadoshan is het belangrijk dat asielzoekers zo snel mogelijk de ruimte krijgen om mee te doen. Dat zou al in het opvangbeleid vorm kunnen krijgen. Veel pleit hiervoor; dat blijkt ook uit onderzoek onder mensen in de opvang. Standpunten over het opvangbeleid liggen echter, zoals bekend, gevoelig en zijn in de verkiezingscampagne een politieke splijtzwam geweest.

De problemen in het beleid zijn groot; ook dat is bekend. Opvangcentra zitten vol, veel asielzoekers worden ondergebracht in grootschalige noodopvang, de wachttijden in de asielprocedure nemen toe.

Twee modellen

Op dit moment zitten ongeveer 15.000 statushouders – mensen die in Nederland mogen blijven – noodgedwongen in een opvanglocatie, hopend op een woning.

In politiek en maatschappij zijn we het eens dat het beleid anders moet, maar hoe dan, daarover verschillen de meningen. Grofweg gaat het daarbij om twee modellen.

In het asielmodel is het opvangbeleid vooral gericht op de afhandeling van de asielprocedure. In het participatiemodel is er ook aandacht voor de toekomstige integratie van asielzoekers, bijvoorbeeld door hen alvast taallessen te laten volgen en (op de arbeidsmarkt) te laten participeren. Het huidige Nederlandse opvangbeleid staat het dichtst bij het asielmodel: het eerste doel is om de asielprocedure af te handelen.

Uitgangspunt van het participatiemodel is juist het vroegtijdig investeren in integratie van asielzoekers

Uit Nederlands en internationaal onderzoek weten we dat het slecht is voor hun psychische gezondheid en daarmee voor hun integratie, als mensen langdurig moeten verblijven in opvanglocaties, vaak moeten verhuizen tussen opvanglocaties en weinig mogelijkheden hebben de Nederlandse taal te leren en te participeren. Het duurt dan langer voordat je de taal beheerst en werk vindt. Nieuwkomers hebben daardoor vaak een slechte start in de Nederlandse samenleving.

Participatiemodel: investeren

Uitgangspunt van het participatiemodel is juist het vroegtijdig investeren in integratie van asielzoekers, idealiter door kleinschalige opvang te realiseren in gemeenten waar statushouders gaan wonen. Kleinschalige opvang kan eraan bijdragen dat deze periode psychisch minder belastend is. Mensen hoeven dan minder vaak te verhuizen en opvang- en inburgeringsbeleid raken meer op elkaar afgestemd.

Nu zorgen regels ervoor dat maar 5 procent van de asielzoekers tijdens de asielprocedure heeft gewerkt

Dat betekent wel een duidelijke breuk met het huidige beleid. Nu zorgen bijvoorbeeld allerlei regels ervoor dat maar 5 procent van de asielzoekers tijdens de asielprocedure heeft gewerkt. Voor Oekraïners gelden deze belemmeringen niet, en wat zien we? De arbeidsparticipatie die Oekraïners na ongeveer een jaar bereiken, bereiken statushouders pas vijf jaar na vergunningverlening.

Critici wijzen op hogere kosten van het participatiemodel, wij kennen geen berekeningen die dat duidelijk maken

Gemeenten hebben een belangrijke taak in het inburgeringsbeleid, maar komen nu niet vroeg genoeg in contact met statushouders. Kleinschalige opvang in gemeenten zou deze belangrijke ‘vroege start’ van het inburgeringsbeleid aanzienlijk vergemakkelijken. Invoering van de spreidingswet is daarom belangrijk: doordat meer gemeenten bijdragen aan de opvang kunnen kleinschaligere locaties worden ingericht.

Critici wijzen op hogere kosten van het participatiemodel, maar wij kennen geen berekeningen die duidelijk maken wat per saldo de kosten en baten zijn van het participatiemodel.

Overigens is het huidige opvangbeleid ook niet goedkoop, gezien de huur van vele noodopvanglocaties en de lange procedures. Zo zijn volgens het COA de kosten per persoon voor noodopvang twee keer zo hoog als voor opvang in een gewoon azc. Belangrijk lijkt ons dat de kosten van het huidige model afgewogen worden tegen de verwachte maatschappelijke baten van versnelde integratie in het participatiemodel. Ook weten we uit onderzoek dat onder de bevolking het draagvlak voor kleine locaties aanzienlijk groter is dan voor grote locaties. Kleinschalige opvang zorgt waarschijnlijk voor minder weerstand en protest.

Het denken over het opvangbeleid is sterk in beweging. Een nieuw kabinet zal zich hierover gaan buigen. Er zijn goede redenen te kiezen voor het participatiemodel dat asielmigranten meer ruimte geeft om mee te doen zodat ze hun bijdrage kunnen leveren aan de samenleving.

Jaco Dagevos, Erik de Bakker en Marcel Coenders zijn verbonden aan het Sociaal en Cultureel Planbureau. Dagevos is tevens bijzonder hoogleraar Integratie en migratie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR). Deze bijdrage is 16 december 2023 ook verschenen in Trouw.

 

Foto: Oregon Department of Transportation (Flickr Creative Commons)