Het Nederlandse abortusstelsel is sinds de invoering in 1984 nagenoeg ongewijzigd gebleven. Daar is nu verandering in gekomen. Op 21 juni 2022 stemde de Eerste Kamer met brede steun in met de afschaffing van de verplichte bedenktijd van vijf dagen bij een abortus.
Verwacht wordt dat de Senaat na het zomerreces akkoord gaat met een tweede wijziging van het wettelijk abortusstelsel. Die houdt in dat de huisarts in een vroeg stadium van de zwangerschap de abortuspil mag verstrekken. Nu mag een behandeling gericht op het afbreken van een zwangerschap uitsluitend plaatsvinden in een ziekenhuis of een kliniek met een vergunning van de minister.
Abortus is een ‘vrije kwestie’ geworden
Deze recente herzieningen van de abortuswet komen niet uit de lucht vallen. De huidige regeringscoalitie vindt, in tegenstelling tot de vorige regering, dat abortus een ‘vrije kwestie is’. Vrije kwestie betekent in dit geval dat medisch-ethische kwesties niet langer geparkeerd worden, maar dat erover gestemd kan worden.
Momenteel is er geen meerderheid die de abortuswetgeving wil beperken
Abortus als vrije kwestie houdt ook in dat individuele Kamerleden de vrijheid hebben om hun eigen persoonlijke afweging te maken over dit onderwerp. Ze hoeven hierin niet de partijlijn te volgen. Die vrijheid liet zich al zien in het CDA. Vier leden van de Eerste Kamerfractie van het CDA stemden voor het schrappen van de verplichte bedenktijd, terwijl de Tweede Kamerfractie juist unaniem tegen was.
Herziening van abortuswet kan nu
Abortus als een vrije kwestie maakt herzieningen van het abortusstelsel in Nederland mogelijk. Er kan over gedebatteerd en gestemd worden. Tegenstanders van abortus in de Tweede Kamer kunnen hiervan gebruikmaken. Momenteel is er echter geen meerderheid die de abortuswetgeving wil beperken.
Dit blijkt niet alleen uit de recente versoepelingen, maar ook uit het feit dat eerdere moties van de SGP en de FVD werden verworpen, die tot doel hadden de abortuswetgeving te beperken door een grote Kamermeerderheid. Dit kan veranderen als de antiabortusbeweging invloedrijker wordt en meer mogelijkheden heeft om Tweede Kamerleden en de publieke opinie te beïnvloeden.
In de afgelopen jaren heeft de antiabortusbeweging zich opnieuw uitgevonden
De ontwikkelingen in de Verenigde Staten en Polen laten dat zien. Polen kent nu een van de strengste abortuswetten in Europa. Abortus is er alleen toegestaan als de zwangerschap het gevolg is van verkrachting of incest of wanneer de gezondheid van de zwangere in gevaar is. Ook in de Verenigde Staten staat het recht op abortus onder druk nu het Supreme Court de gerechtelijke uitspraak Roe vs Wade heeft teruggedraaid, waardoor staten de mogelijkheid hebben om abortus te verbieden of om restricties op te leggen.
Antiabortusbeweging onderging metamorfose
Maar misschien wel de belangrijkste reden voor de huidige opleving van het debat over abortus is dat de tegenstanders van abortus zowel internationaal als nationaal beter georganiseerd zijn en het debat anders zijn gaan framen. Misschien is het overdreven om te spreken van een metamorfose, maar in de afgelopen jaren heeft de antiabortusbeweging zich opnieuw uitgevonden.
De beweging is in Nederland nog altijd sterk geworteld in christelijke organisaties. De twee grootste, Stichting Schreeuw om Leven en Stichting Recht Zonder Onderscheid, hebben respectievelijk protestantse en katholieke wortels. Zij verwerpen abortus op basis van christelijke ideologie (‘het leven begint al bij de conceptie’), maar maken tegenwoordig ook gebruik van andere argumenten voor een verbod op abortus.
Een van de ‘nieuwe’ argumenten waar de tegenstanders van abortus zich van bedienen, is het benadrukken dat abortus een gevaar is voor de gezondheid van de personen die hun zwangerschap willen afbreken. Zij riskeren volgens deze organisaties zowel psychische als lichamelijke complicaties na een zwangerschapsonderbreking. In de Verenigde Staten is dit een effectief counterargument gebleken, waarbij de voorstanders van abortus in de verdediging zijn gedrukt.
Nooit ten koste van individuen
Het valt te bezien hoe succesvol de antiabortusbeweging in Nederland is, maar het kan niet ontkend worden dat het debat over abortus is gepolariseerd. Discussies over medisch-ethische kwesties zijn belangrijk en moeten gevoerd blijven worden, maar dit mag nooit ten koste gaan van de gezondheid en autonomie van individuen. Waakzaamheid is dus geboden.
Wendy Guns is gepromoveerd mensenrechtenjurist en werkt als universitair docent Internationaal recht aan de Open Universiteit.
Foto: Josh Bean (Unsplash.com)