Eenzaamheid kan nuttig en leerzaam zijn

Om eenzaamheid terug te dringen, is een palet aan interventies met verschillende interventiedoelen nodig, zegt Eric Schoenmakers, onderzoeker aan de Fontys Hogescholen.

Bijna 50 procent van de volwassen Nederlanders voelt zich eenzaam. 14 procent is zelfs ernstig eenzaam. Eenzaamheid wordt gedefinieerd als een onplezierig tot ontoelaatbaar gemis aan (kwaliteit van) bepaalde sociale relaties. Dat gevoel komt voor in een voorbijgaande en chronische staat.

In haar voorbijgaande staat heeft eenzaamheid een signaalfunctie. Zoals honger ons vertelt dat we moeten eten, vertelt eenzaamheid ons dat we ons sociale leven moeten voeden. Eenzaamheid is met andere woorden niet leuk, maar kan wel nuttig en leerzaam zijn.

In zijn chronische staat kan eenzaamheid problematisch zijn

Chronische eenzaamheid ontstaat als mensen er langere tijd niet in slagen hun eenzaamheid op te lossen. In zijn chronische staat kan eenzaamheid problematisch zijn, met alle negatieve gevolgen van dien voor welzijn en gezondheid. De impact op iemands gezondheid wordt gelijkgesteld aan het roken van vijftien sigaretten per dag.

Tijdsmomenten

Wanneer kun je eenzaamheid als chronisch bestempelen? Is dat na een week, een maand, een jaar? Onderzoek naar incidentie van chronische eenzaamheid vereist onderzoek met meerdere meetmomenten in de tijd. Onderzoeken onder Nederlandse en Britse ouderen tonen dat 30 tot 40 procent van de ouderen in een tijdsperiode van zeven tot acht jaar (minimaal twee meetmomenten) veranderden van niet-eenzaam naar eenzaam of andersom. In een kortere tijdperiode van één jaar (vijf meetmomenten) bleek bijna de helft (48 procent) van een groep van dertig Engelse ouderen ten minste één keer van eenzaamheidsstatus te veranderen.

In recent onderzoek volgde ik het verloop van eenzaamheid in een periode van 21 dagen onder 44 mensen met uiteenlopende leeftijden. Ik vroeg hen drie keer per week hun eenzaamheid te rapporteren. Acht deelnemers waren ten minste op één moment eenzaam en op één moment niet eenzaam. Eveneens acht deelnemers waren op alle meetmomenten eenzaam, waarbij drie deelnemers wisselden tussen matig en sterk eenzaam. Overigens is bij al de genoemde onderzoeken onduidelijk wat er tussen de verschillende meetmomenten gebeurt.

Onderscheid

Voor de interpretatie van eenzaamheidcijfers uit bevolkingsonderzoeken is het belangrijk dat we ons realiseren dat cijfers zowel incidentele als chronische eenzaamheid tonen. Ondanks dat het niet correct is om bovengenoemde percentages met elkaar te verrekenen, levert het wel inzicht op in de verdeling tussen structureel niet-eenzaam, incidenteel eenzaam en chronisch eenzaam.

Tussen de 18 procent en 48 procent van de volwassen Nederlanders is incidenteel eenzaam

Onderstaand figuur gaat uit van de meest recente cijfers die stellen dat 49 procent van de volwassen Nederlanders eenzaam is. Tussen de 18 procent en 48 procent van de respondenten is incidenteel eenzaam. De resterende 27 procent tot 42 procent is structureel niet-eenzaam en 25 procent tot 40 procent is chronisch eenzaam.

Belangrijke kanttekening is dat niet alle chronische eenzaamheid per se problematisch is. Sommige mensen hebben leren omgaan met chronische eenzaamheid, zonder dat er negatieve effecten optreden. Zo kan een weduwnaar eenzaam zijn omdat hij zijn partner mist, maar toch een vervullend leven leiden.

Figuur 1 Verdeling van structureel niet-eenzame, incidenteel eenzame en chronisch eenzame volwassen Nederlanders.

Interventiedoelen

De staat van eenzaamheid is belangrijk voor het bepalen van het interventiedoel. Ik maak hier onderscheid tussen interventies gericht op preventie, betekenisverlening, vermindering, acceptatie en afleiding.

  • Preventie kan worden toegepast wanneer mensen niet of slechts incidenteel eenzaam zijn, bijvoorbeeld door sociale netwerken te versterken of psychische weerbaarheid te vergroten. Het gaat dan om het verkleinen van de kans op eenzaamheid of om het tenietdoen van de negatieve gevolgen ervan. Voor mensen die zich soms wél en soms niet eenzaam voelen, is eenzaamheid mogelijk een fase waar ze doorheen moeten, waarvan ze kunnen leren. Te snel interveniëren heeft als risico dat het leermoment wordt beperkt.
  • Interventies gericht op betekenisverlening kunnen het leerrendement dat eenzaamheid met zich mee kan brengen mogelijk vergroten.
  • Curatieve interventies gericht op vermindering van bestaande eenzaamheid zijn mogelijk zinvol voor mensen die zich vaak of chronisch eenzaam voelen.
  • Het is ook denkbaar dat oorzaken van chronische eenzaamheid zo complex zijn dat acceptatie een belangrijk interventiedoel vormt. Acceptatie met als doel om eenzaamheid meer leefbaar te maken en negatieve uitkomsten van eenzaamheid te beperken.
  • Afleiding tot slot is een interventiedoel dat van waarde is voor alle groepen, maar slechts een tijdelijke impact kent.

Passend maken

De focus van beleid door overheid en organisaties ligt sterk op curatieve interventies met als doel vermindering van bestaande eenzaamheid.

Ik zou ook voor andere leeftijdsgroepen preventie willen inzetten

Daarnaast bestaat specifiek voor jongeren toenemende aandacht voor preventie, gericht op versterking van sociale netwerken en vergroting van individuele weerbaarheid. Ik zou ook voor andere leeftijdsgroepen preventie willen inzetten. Belangrijker, beleidsmakers en organisaties zouden er goed aan doen om alle verschillende interventiedoelen aan te bieden: preventie, betekenisverlening, vermindering, acceptatie en afleiding.  Wanneer welke interventie wordt ingezet, moet passen bij de door het individu ervaren eenzaamheid.

Een juiste interpretatie en doorgronding van de data over eenzaamheid is essentieel. Vooral omdat het begrip diverse staten kent, van incidentele tot structurele eenzaamheid. Beleid dat een juist onderscheid maakt tussen de verschillende staten van eenzaamheid, vergroot de mogelijkheden voor interventie op maat.

Eric Schoenmakers is senior onderzoeker en docent aan Fontys Hogescholen. Hij doet sinds 2009 onderzoek naar eenzaamheid, coping, interventies en gespreksvoering

 

Foto: Djordje Vezilic via Pexels.com