RECENSIE Doortje Kal – Buiten het gewone

Jan van Eeden bespreekt Buiten het gewone, een eerbewijs aan Doortje Kal. Het leest als een consequent pleidooi voor humanisering van zorg en voor een welkom aan vreemden.

Doortje Kal heeft van kwartiermaken haar levenswerk gemaakt. Opgeleid als inrichtingswerker werd ze later preventiewerker bij een Riagg. Ze zag daar dat psychische problemen alles te maken hebben met de inrichting van de samenleving en begon een indrukwekkende zoektocht naar meer ruimte voor mensen in de marge. Ze haakte aan bij het categorale opbouwwerk.

Kal promoveerde in 2001 bij Harry Kunneman aan de Universiteit voor Humanistiek. Aan de Hogeschool Utrecht vervulde ze enige tijd een bijzonder lectoraat. Ze werd de motor achter het Landelijk Steunpunt Kwartiermaken. Doortje Kal = kwartiermaken.

Uitgeverij Tobi Vroegh, werkend met vrijwilligers met een psychiatrische achtergrond, bracht het boek Buiten het gewone uit. Met een selectie van tien lezingen die Kal vanaf 2002 gaf.

Wat is kwartiermaken?

Kwartiermaken: dat zijn inspanningen die worden gedaan om mensen die anders zijn dan ‘normaal’, vaak met een psychiatrische achtergrond, zich thuis te laten voelen in de maatschappij. Daarvoor zijn drie dingen nodig: erkenning van het anders-zijn, gastvrijheid (ook al ken je iemand niet) en opschorting. Met dat laatste wordt bedoeld: het loslaten van geijkte patronen, relativeren van wat je als ‘normaal’ ervaart.

Naarmate de individualisering toenam, werden patiënten in instellingen ingesloten

Onder deze randvoorwaarden heeft een zorgontvanger geen of minder last van de afhankelijkheid die gewoonlijk zorgrelaties beheerst. Er ontstaat dan een situatie waarin lijden zichtbaar kan worden gemaakt, omdat de druk wegvalt om ook ‘normaal’ te moeten zijn. Het ongewone wordt opgenomen in het gewone, het sprakeloze wordt daarmee verstaanbaar. Kwetsbare mensen ‘blijven binnen omdat buiten zeer doet’. Als ze zichtbaar kwetsbaar mogen zijn, wordt diezelfde kwetsbaarheid al minder.

Maatschappelijke context

Al in 1995 schreef Kal in Het uitzicht van Sisyphus dat psychisch lijden geen puur individuele kwestie is. De samenleving zelf wekt bronnen op die kwalen veroorzaken, en die bronnen moeten worden gestopt.

Helemaal nieuw was deze visie niet. De geestelijke gezondheidszorg begon een eeuw geleden met sociale doelen, waaronder heropvoeding. Niet met genezing. Maar naarmate de individualisering toenam, werden patiënten in instellingen ingesloten en dus maatschappelijk buitengesloten.

Daartegen ontstond protest. Bekend is de democratische psychiatrie in Italië rond 1970, spectaculair vanwege de radicale sluiting van inrichtingen. Bij ons: de antipsychiatrie van Trimbos, Release en de Cliëntenbond, die vonden dat de maatschappij zelf aan behandeling toe is. De psychiatrische zorg werd doorgeschoten rationalisering, professionalisering en specialisering aangewreven. Kwetsbare mensen missen daardoor hulp, omdat ze competenties missen.

Anno 2021 zingt Damiaan Denys1 ditzelfde lied: de crisis in de psychiatrie is groot, alleen gemedicaliseerd lijden is geaccepteerd. Mentale zorg is een product geworden. Het aanbod explodeerde. We gaan te veel naar de psychiater.

Leermeesters

Kal voelde zich zeer aangesproken door de presentietheorie van Andries Baart en bewerkte deze voor de ggz. Betrokkenheid, erkenning van lijden, persoonlijk contact en behoud van eergevoel drijven de kwartiermaker. Die creëert en onderhoudt steunsystemen, maatjesprojecten, vriendendiensten enzovoort. Het gaat niet om het werken aan bestrijding van gebrokenheid (genezen), maar om toewijding aan kwetsbaarheid, troost en present zijn bij isolement.

Kal heeft veel aandacht besteed aan filosofen als Jacques Derrida (over gastvrijheid, ballingschap) en Zygmunt Bauman. Diens opvattingen over de vloeibare samenleving leken gemaakt voor kwartiermaken. Volgens Bauman is de enige zekerheid het bestaan van onzekerheid. Hoe normaal is dan het gewone?

Ervaringsdeskundigheid

Een van de lezingen van Kal gaat over ervaringsdeskundigen. Die verzetten zich tegen het paternalisme dat voortkomt uit overgeprofessionaliseerde zorg. Zij brengen andere kennis in dan wetenschappelijke en professionele kennis. De ‘vreemde’ ander stelt het ‘normale’ daarbij ter discussie en wijst op grondrechten. Voorlichting door ervaringsdeskundigen is ook nog eens buitengewoon effectief. Bij het inschakelen van ervaringsdeskundigen is het wel zaak om te waken voor het risico van inkapseling (model- of knuffelpatiënten).

Recent wees Ed van Hoorn er in het Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken2 overigens op dat ervaringsdeskundigen zelden een vaste plek hebben. Hun positie is als een soort klapstoeltje: niet nodig of nuttig bevonden, dan plaatsje vergaan!

Politieke lading van kwartiermaken

Als je zoals Kal vertrekt vanuit de stelling dat de samenleving die uitsluiting en kwalen veroorzaakt, dan ligt het voor de hand dat hulpverlening niet kan volstaan met individuele zorg. Mij viel op dat in de latere lezingen haar neiging tot activisme groeit. Zo zegt ze in 2018 tegen beroepskrachten, vrijwilligers en deelnemers: ‘Werp je op als getuige-deskundigen en maak publiek wat je meemaakt.’ Een oproep tot signaleren, verantwoordelijken voor de voeten lopen.

Kal voert een consequent pleidooi voor humanisering van zorg en voor een welkom aan vreemden

Een jaar eerder spoort ze ervaringsdeskundigen aan om vooroordelen te bestrijden en wijst ze op hun politiserende rol. Ze fulmineert tegen de doorgedraaide prestatiemaatschappij waarin experts domineren en eigen ervaring wordt gewantrouwd. Toch neigt ze ernaar kwartiermaken te zien als het zetten van tussenstappen en het creëren van niches. In de lezing voor woningcorporaties noemt ze die ‘broedplaatsen voor een alternatieve sociale ordening’.

Al lezend, vraag je je af of kwartiermaken de overwinning van de zachte krachten dichterbij brengt. De ‘niche’ van de sociale werkplaatsen bijvoorbeeld is in ons land opgeheven, nota bene onder leiding van een gehandicapte staatssecretaris. Sociale woningbouw legt het af tegen gentrificatie. Het schiet niet erg op. Of is dit een processie van Echternach? Dat ligt natuurlijk niet aan Kal. Eerder aan het gif dat dagelijks de huiskamers en de smartphones binnendringt, bijvoorbeeld in de vorm van reclame voor online casino’s, Verisure-beveiliging en ‘matching voor hogeropgeleiden’. De markt wordt steeds ongegeneerder. Het normale steeds ongewoner.

Eerbewijs

Dit boek mag worden gezien als een eerbewijs aan Doortje Kal. Zij voert een consequent pleidooi voor humanisering van zorg en voor een welkom aan vreemden. Haar betoog geldt mutatis mutandis voor onder meer feminisme en de multiculturele samenleving. Zij heeft een reeks prachtige lezingen gehouden die jaloersmakend precies zijn geformuleerd en die doen wat kwartiermaken beoogt: leren leven met strijdigheid.

Doortje Kal & Gerda Scholtens (red.), Buiten het gewone. 10 lezingen over kwartiermaken, 120 p. Amsterdam: Tobi Vroegh, 2022.

Jan van Eeden is socioloog en oud-wethouder Sociale Zaken.

 

 

Noten

1. Damiaan Denys, Het beste land om gek te worden. HP/De Tijd, 26 januari 2021

2. Ed van Hoorn, Ervaringskennis uit de klapstoel, 5 april 2022