De huidige Coronacrisis heeft zich vrijwel direct vertaald in een economische crisis met een ongekende omvang die zich in een zelden of nooit eerder geziene snelheid voltrekt. In sommige landen zijn mensen werkloos geworden, in andere kunnen mensen niet meer werken, maar het effect is vergelijkbaar: grote groepen die een forse achteruitgang in inkomen ervaren en hele bedrijfstakken die stilliggen. Het is de overheid die net als in de vorige crisis de portemonnee trekt en bedrijven en huishoudens probeert overeind te houden. Dat gaat gepaard met astronomische bedragen die in eerste instantie ten laste van de staatsschuld komen.
Dreigende bezuinigingen
Toch zien we nu al een verschuiving ten opzichte van de eerste onderbouwing van de steunpakketten. In eerste instantie werd gezegd dat Nederland de lasten goed kon dragen en dat de staatsschuld best flink kon oplopen. Inmiddels klinkt het geluid dat bezuinigingen niet meer worden uitgesloten. Een geluid dat op dit moment het duidelijkst wordt vertegenwoordigd door Wopke Hoekstra. Zijn suggestie om te gaan bezuinigen doet vermoeden dat er niet fundamenteel geleerd is van de financiële crisis van 2008-2012.
Dreigende gevolgen
Ook toen ving de overheid een grote economische terugval in eerste instantie op met enorme extra uitgaven aan sociale zekerheid en het redden van onder andere banken en verzekeraars. Vervolgens werd vanaf eind 2011 bezuinigd op ongeveer alle denkbare overheidsuitgaven, variërend van cultuur via onderwijs tot natuuronderhoud. Jaren later zien we de gevolgen nog steeds.
Grote personeelstekorten in het onderwijs en de zorg mede als gevolg van de achterblijvende salarissen; een cultuursector waar geen enkele reserve meer in zit; een natuur die met miljarden gered moet worden vanwege de stikstofproblematiek; een arbeidsmarkt die afhankelijk is geworden van flexibele en onderbetaalde werknemers en een sociale zekerheid die nauwelijks voldoende inkomen genereert om een enigszins dragelijk leven van te leiden. De vorige crisis is ten koste gegaan van ‘de gewone man’ en heeft de rijken alleen maar rijker gemaakt.
Een solidaire tussenweg
Er zijn ook andere geluiden, zoals dat van Kees Vendrik (Eerste Kamerlid van GroenLinks en hoofdeconoom van Triodos) en Arnout Boot (hoogleraar aan de UvA). Zij suggereren dat monetaire financiering, dan wel het fors laten oplopen van de staatsschuld, een alternatieve weg uit de crisis kan wijzen. Maar wellicht is een tussenweg ook mogelijk? Een tussenweg waarmee het draagvlak voor een solidaire samenleving versterkt wordt door middel van een evenwichtigere belastingheffing.
Solidariteitsheffing en extra belasting op vermogensgroei en hoge bonussen
Laten we ten eerste de staatsschuld dit keer nu veel langzamer afbouwen dan de vorige keer. Wanneer de economie weer gaat groeien zal de staatsschuld als percentage van het bruto nationaal product vanzelf afnemen. Daarnaast is het natuurlijk goed mogelijk de kosten van de crisis nu al voor een deel op te vangen. Laten we per direct een solidariteitsheffing van tien procent invoeren voor iedereen met een inkomen van boven een bepaald bedrag, bijvoorbeeld vijfenzeventigduizend euro of honderdduizend euro. Met andere woorden: we voeren boven een dergelijk inkomen tijdelijk, bijvoorbeeld tot 31 december 2021, een extra belastingschaal in.
Daarnaast kan een belasting worden ingevoerd om alle vermogensgroei tussen 1 januari 2020 en 31 december 2021 voor vijftig procent weg te belasten. Profiteren tijdens deze crisis is amoreel en als dat toch gebeurt, laten we er dan allemaal van profiteren. Ten slotte een vijfenzeventig procent belasting op alle bonussen boven een bepaald bedrag. De bonussen die zijn toegezegd aan de werkers in de gezondheidszorg laten we uiteraard onbelast.
Daarmee dragen de sterkste schouders daadwerkelijk een keer de zwaarste lasten en wordt profiteren van de crisis direct afgeroomd. Groot pluspunt: we voorkomen dat de regering straks weer bezuinigt op de vitale beroepen waar we tijdens deze crisis zo enthousiast voor op ons balkon hebben geklapt.
Roeland van Geuns is lector armoede interventies aan de Hogeschool van Amsterdam.
Foto: Andrea Piacquadio via Pexels