COLUMN Zorgend werk is echt werk

Sommige ideeën blijven hun waarde behouden, andere raken achterhaald. Nog steeds is het een eyeopener om huishoudelijk werk en zorgend werk als echt werk te bekijken, schrijft Rineke van Daalen.

Anja Meulenbelt schrijft erover in Alle moeders werken al (2022), Lynn Berger doet dat in Ik werk al (ik krijg er alleen niet voor betaald) (2023). Beide boeken worden enthousiast ontvangen, en inderdaad, Lyn Berger en Anja Meulenbelt hebben gelijk. Ook zorgend werk is net als arbeid in loondienst ‘echt werk’. Het is een onderwerp dat ook anderen een halve eeuw geleden op de agenda probeerden te krijgen.

Gangbare denkwijzen omzeilen

In 1971 schreef Helen Znaniecka Lopata Occupation: Housewife, in 1974 schreef Ann Oakley, Housewife, en net als Anja Meulenbelt en Lynn Berger verdedigden deze feministen het idee dat het werk van huisvrouwen en moeders echte arbeid was en zo behandeld moest worden.

R.A. Pahl onderzocht werk in een wat breder kader in Divisions of Labour (1984). Hij bekeek werkervaringen en definities van ‘werk’ in het Verenigd Koninkrijk aan het eind van de twintigste eeuw. Vanuit een historisch en antropologisch perspectief probeert hij vragen te stellen die gangbare denkwijzen omzeilen. Hij laat zien hoe ideeën over werk zijn geënt op de mannelijke loonarbeid, die in de jaren vijftig en zestig de standaard werd (313).

Mensen gingen loonarbeid zien als de enige soort arbeid die er was en onbetaald werk verdween geleidelijk uit beeld. Zoals werkzaamheden die mensen, vooral vrouwen, in en om hun huis verrichtten: huishoudelijke arbeid en zorg, het kweken van groenten, het houden van een geit, het behangen en het schilderen, het repareren van de goot of van de fiets.

De scheidslijn tussen formeel en informeel werk is vager geworden

Formeel betaalde arbeid werd de standaard en werk in de informele economie telde niet mee. Het werd gewoon om van mannen als ‘chief earner’ te spreken, maar vrouwen werden niet als ‘chief worker’ bekeken (Pahl 1984: 54-57, 84-113).

Dat beperkte perspectief belemmert inzicht in de verhouding tussen betaald, formeel en onbetaald, informeel werk. Onbetaald werk komt nog steeds niet of vertekend in de statistieken, en in economische beschouwingen en de politiek doet het niet echt mee. De lage waardering van het werk van vrouwen en moeders versterkt deze tendens.

Werk aan de winkel

Kortom er is nog steeds werk aan de winkel, en Lynn Berger en Anja Meulenbelt proberen opnieuw een duwtje te geven. Hun voorgangers is het niet gelukt om hun revolutionaire ideeën ingang te doen vinden, noch in het denken over werk en loonarbeid, noch in de inrichting van de samenleving.

Maar grote veranderingen zijn er wel. De verbreiding van flexwerk en de toename van het aantal zzp’ers hebben de structuur van de arbeidsmarkt veranderd. Arbeid in loondienst is minder vanzelfsprekend geworden. De scheidslijn tussen formeel en informeel werk werd daardoor vager. Misschien maakt dat het gemakkelijker om huishouden en zorg als echt werk te erkennen.

Rineke van Daalen is socioloog en werkte aan de Universiteit van Amsterdam