Professionalisering ervaringsdeskundigen is doorgeslagen

We moeten ons niet blindstaren op de opmars van professionele ervaringsdeskundigen, reageert directeur Trudy Jansen van de Veerkracht Centrale op het artikel met de visie van politieke partijen op ervaringsdeskundigheid.

Het artikel 'Politici: veel te weinig ervaringsdeskundigen in de zorg' gaf een goed overzicht van de problemen bij de aanstelling van ervaringswerkers (ervaringsdeskundigen in de zorg). De teneur van het artikel is dat het te langzaam gaat, en dat er snel meer betaalde ervaringsdeskundigen moeten komen. Onder de ervaringsdeskundigen zélf zijn er ook andere geluiden te horen. Er is grote weerstand tegen de professionalisering waar deze ontwikkeling mee gepaard gaat.

Mensen uitsluiten

Ervaringsdeskundigen zijn hip. De opleidingen schieten als paddenstoelen uit de grond, beleidsmedewerkers moeten zorgen voor meer banen, onderzoekers bepalen criteria en er komt een beroepsregister. Op beleidsniveau wordt er flink geld verdiend.

Tegelijkertijd is er afgelopen decennium steeds meer discrepantie ontstaan tussen 'gewone' ervaringsdeskundigen en de geprofessionaliseerde ervaringsdeskundigen in de ggz en het sociale domein. Dat verschil zit voornamelijk in de eisen die gesteld worden om het werk te kunnen doen.

Enerzijds heb je de ervaringsdeskundigen die een opleiding volgen en zich richten naar het Beroeps Competentie Profiel. Anderzijds heb je de ervaringsdeskundigen die zonder training in waardevol lotgenotencontact voorzien, of op andere manieren werken aan een inclusieve samenleving. Onder de laatste groep is veel kritiek op het feit dat er steeds meer eisen gesteld worden aan ervaringsdeskundigen, omdat het mensen uitsluit en wegen afsnijdt van ervaringsdeskundigen die al goed werk verzetten.

Criteria en beschrijvingen

Vanuit de Veerkracht Centrale heb ik toenmalig staatssecretaris Blokhuis schriftelijke vragen gesteld. Hij schreef terug: ‘Ik ben van mening dat zowel de beroepsmatige als de vrijwillig inzetbare ervaringsdeskundige beiden voorzien in een behoefte bij cliënten en derhalve naast elkaar kunnen blijven bestaan.’ [1]

Ik ben het met hem eens, maar in vakliteratuur en aan vergadertafels zie ik veel meer aandacht voor geprofessionaliseerde ervaringsdeskundigen dan voor de gewone ervaringsdeskundigen.

Als projectleider van het project Waardering ervaringsdeskundigen ben ik vóór marktconforme vergoeding van de inzet van ervaringsdeskundigheid, laat dat duidelijk zijn. Ik vind wel dat we ons niet blind moeten staren op de opmars van professionele ervaringsdeskundigen. Dit gaat namelijk gepaard met een bureaucratisering van het beroep.

Wát er precies werkt bij de inzet van ervaringsdeskundigen is niet zo duidelijk

Het is logisch dat gemeenten/verzekeraars en werkgevers willen weten hoe ze professionele ervaringsdeskundigen kunnen herkennen, en wat ze kunnen verwachten. Alleen bestaat het systeem dat daarvoor wordt ontwikkeld nu al uit tientallen pagina's met criteria en beschrijvingen, gedetailleerd opgeschreven in een taal die de gemiddelde ervaringsdeskundige niet zal begrijpen. De criteria gaan maar voor een klein deel over de eigen ervaringen.

Bij beroepsgeschoolde ervaringsdeskundigen zijn de leerdoelen inmiddels zo breed geformuleerd dat afgestudeerde ervaringsdeskundigen ook mogen werken in een werkveld waar ze zelf géén cliëntervaring hebben.

Uitholling kracht van ervaringsdeskundigen

Kennisinstituten hebben het afgelopen decennium in talloze rapporten de lat voor ervaringsdeskundigen steeds hoger gelegd, en zelfs gekoppeld aan herstelgericht werken. Bij elk nieuw beleidsstuk holt de kernwaarde van ervaringsdeskundigen verder uit. Hoe meer jargon en hulpverlenersvaardigheden het werk van ervaringsdeskundigen beheersen, hoe afstandelijker het wordt.

Dit gaat ten koste van de oorspronkelijke kracht van het contact tussen peers. De geprofessionaliseerde ervaringsdeskundigen gebruiken de taal die ze in de opleiding geleerd hebben, zonder te beseffen dat dit jargon is. Voor de meeste Nederlanders betekent ‘herstellen van een ziekte’ dat je ervan geneest. ‘Ervaringsdeskundige’ betekent dat iemand deskundig is geworden door ervaring. Het lijkt een kleinigheid, maar deze woorden doen ertoe.

Weinig nodig voor peer support

Ervaringsdeskundigheid werkt. Lotgenotengroepen over de hele wereld bewijzen dit al sinds de jaren zestig. Maar wát er precies werkt bij de inzet van ervaringsdeskundigen is niet zo duidelijk. Er is nooit onderzoek gedaan naar de werkzame elementen. Gaat het om de herkenning in het contact, om bejegening, om aandacht voor herstel of om iets anders?

Het feit dat ervaringsdeskundigen onder elkaar aan een half woord genoeg hebben, is zeer waarschijnlijk een belangrijke factor, maar we weten het niet zeker.

Ervaringsdeskundigen worden in een erg strak corset gehesen

Recent Nederlands onderzoek toont wel het positieve effect van peer support.[2] Als we het doorberekenen naar maatschappelijk rendement levert elke geïnvesteerde euro gemiddeld 4,50 euro op, in Facebookgroepen zelfs 8,40 euro. De groepen op Facebook krijgen geen financiering, dus dat hoge rendement komt deels door de lage kosten.

Maar het maakt ook duidelijk dat zelfs onderling georganiseerd peer support op Facebook een positief effect heeft. Ook bij de andere onderzochte contactgroepen was geen geprofessionaliseerde ervaringsdeskundige betrokken. De kennis en vaardigheden om peer support te begeleiden, zijn niet ingewikkeld. Het is eenvoudig over te dragen.

Lotgenotencontact

Het ministerie van VWS en ggz-partijen spraken in 2018 af om meer ervaringsdeskundigen in te zetten in de ggz[3]. Het akkoord stelt: 'Voor veel mensen kan een gesprek met iemand die het een en ander heeft meegemaakt, dezelfde taal spreekt, het belangrijkste zetje zijn naar de juiste hulp. Of het helpt om gewoon even samen uit te blazen, waardoor een situatie niet verergert. Daarom is afgesproken om meer gebruik te maken van ervaringsdeskundigen bij zorg en ondersteuning aan mensen met psychische problemen.’

Het akkoord gaat over de inzet van ervaringsdeskundige in peer support, oftewel lotgenotencontact. Bij de uitvoering daarvan heeft men dit gekoppeld aan het professionaliseren van ervaringsdeskundigen. Het is maar de vraag of dit nodig was. Een training van anderhalve dag is voldoende om lotgenotencontact te begeleiden, en vrijwilligers van cliëntenorganisaties kunnen deze training gratis volgen bij PGO-Support[4].

Generieke module ervaringsdeskundigheid

Ondertussen loopt er opnieuw een professionaliseringproject voor ervaringsdeskundigen. Het eerste product staat online, een generieke module ervaringsdeskundigheid[5]. Ik werd er niet blij van. Er is niet zoveel veranderd met vorige teksten, en ervaringsdeskundigen worden in een erg strak corset gehesen.

We werken toe naar een manier om je eigen ervaringsdeskundigheid te beschrijven

Er zijn drie belangrijke punten waar ik dat terug zie.

Allereerst de definitie. Bij het definiëren van ervaringsdeskundigheid wordt teruggegrepen op een achterhaald schema uit 2009. Het is een bekend lineaire schema waarin iemand ervaringsdeskundigheid ontwikkeld in drie stappen.[6] Al enkele jaren later is dit model door ervaringsdeskundigen vervangen door een circulair model, iets wat nu alleen terug te vinden is door het lezen van de  uitgebreide begeleidende tekst [7].

Ook de basis van deze standaard is discutabel. Ervaringsdeskundigheid gaat hier over eigen ervaringen met crisis, ontwrichting, beperking, herstel. De definitie is gekoppeld aan de herstelbenadering: ‘Ervaringsdeskundigheid is het vermogen om op grond van eigen herstelervaring voor anderen ruimte te maken voor herstel.’

Dat klopt voor veel ervaringsdeskundigen, maar zet er ook erg veel buitenspel. Duizenden ervaringsdeskundigen werken juist op basis van een gedegen kennis van behandelingen, medicatie of toegankelijkheid. Daar zitten ook veel professionele ervaringsdeskundigen bij.

Vaardigheden voor professionele inzet

Derde kritiekpunt op deze benadering is dat iemand zichzelf pas ervaringsdeskundige mag noemen als er 'vaardigheden voor professionele inzet' zijn ontwikkeld. Alsof die voor ieder beroep hetzelfde zijn. Dus iedere voorlichter moet ondersteunersvaardigheden hebben. En omgekeerd. Ik ben benieuwd of de volgende producten hier bij aansluiten en of deze criteria gaan gelden voor het Beroepsregister voor Ervaringsdeskundigen.

Nieuwe inzichten

Naast het professionaliseringsproject loopt nog een ander project over de betaling van ervaringsdeskundigen. Ik ben projectleider van dit project Waardering ervaringsdeskundigen'[8]. Afgelopen jaar werkte ik samen met honderden ervaringsdeskundigen en heel verschillende organisaties uit hoe bij ervaringsdeskundigen alles met elkaar samenhangt.

Ervaringskennis is levensbreed en ontwikkelt zich in een proces dat levenslang doorgaat. Kennis en ervaring beïnvloeden elkaar, het persoonlijke is niet los te zien van het collectieve, en praktische kennis niet los van theoretische. Dit staat allemaal los van de functie die de ervaringsdeskundige heeft, omdat bij elke functie andere competenties en een ander netwerk nodig zijn.

We werken toe naar een manier om je eigen ervaringsdeskundigheid te beschrijven, zodat iedere ervaringsdeskundige uit kan leggen wat de meerwaarde van zijn/haar werk is. Door woorden te geven aan impliciete kennis en vaardigheden, kunnen opdrachtgevers en ervaringsdeskundigen straks beter bespreken welke inzet er van de ervaringsdeskundige verwacht kan worden, en waar deze zichzelf nog wil ontwikkelen. Er komen ook voorbeelden van functies, met daarbij richtbedragen.

Lobby bij opdrachtgevers

Na de vakantie volgt een lobby bij opdrachtgevers, om met hen af te spreken dat ze een marktconform bedrag betalen als ze een ervaringsdeskundige inschakelen. Dus dat ze net zoveel betalen als voor mensen met vergelijkbaar werk (kostprijs). Als een ervaringsdeskundige geen geld kan/wil accepteren, kan dat geld naar een organisatie of goed doel.
Na de vakantie komt ook meer info over hoe ervaringsdeskundigen om kunnen gaan met inkomsten naast een uitkering. En over hoe je opkomt voor jezelf en gewoon geld vraagt. Zodat we solidair kunnen zijn met elkaar en het normaal wordt dat iedere ervaringsdeskundige verdient wat hij of zij waard is.

Trudy Jansen is directeur Veerkracht Centrale, landelijk netwerk ervaringsdeskundigen, en projectleider Waardering Ervaringsdeskundigen.

 

Noten

[1] Brief Ministerie VWS aan Veerkracht Centrale, 26 mei 2020, betreft 'Vragen over zorgwekkende professionalisering van ervaringsdeskundigen'

[2] 'Maatschappelijke Meerwaarde van lotgenotencontact is enorm' bron

[3] Bestuurlijk akkoord Geestelijke Gezondheidszorg 2019 - 2022, Ministerie VWS bron

[4] Cursusaanbod PGO-Support bron

[5] https://www.ggzstandaarden.nl/uploads/side_products/9735be4ce17fc86609114b8342dd44a3.pdf

[6] (1) Eigen ervaringen met crisis, ontwrichting, beperking en herstel. Door zelfanalyse, toevoegen van ervaringen van anderen en andere bronnen verandert dit in (2) Ervaringskennis. Door aanleren van vaardigheden voor professionele inzet ontstaat (3) Ervaringsdeskundigheid.

[7] Kaderdocument Ervaringsdeskundigheid, Harrie van Haaster e.a., 2013 bron

[8] https://ervaringsdeskundige.info/project/

 

Foto: Joshua Rawson-Harris (Unsplash.com)

Dit artikel is 4502 keer bekeken.

Reacties op dit artikel (8)

  1. Het is heel simpel: als je als ervaringswerker betaald wil worden heb je je te verantwoorden zoals ieder ander die uit de ruif eet. Verifieerbaar en transparant verantwoorden door middel van opleiding, bijscholing, kwaliteitsborging etc. Daar hebben alle klanten van ervaringswerkers recht op. Er zit namelijk nogal wat kaf onder het koren van de ervaringswerkers.
    Wil je niet betaald worden, ook prima, dan werk je als vrijwilliger. Dat is ook niet vrijblijvend maar daar gelden weer andere regels voor.
    Ervaringswerkers hebben vrije ruimte nodig, veel vrije ruimte. Het is beter om die te claimen bij werkgevers dan zich te onttrekken aan iedere vorm van transparantie.

  2. Hoe mooi zou het zijn als dit ondetscheid gemaakt gaat worden. De geprofessionaliseerde ervaringsdeskundigen noemen we ervaringswerker, iedereen die vanuit een andere vertrekpunt ervaringsdeskundigheid inzet blijft ervaringsdeskundige.

  3. Aanvulling
    Een andere naam zou ook kunnen. Omdat de herstel-benadering zo doorbakken zit in dit beroep dat mensen het moeilijk los kunnen zien van hun ervaringsdeskundigheid, zou bv herstelwerker ook veel duidelijk maken.

  4. Sorry, nog een aanvulling.
    Overigens werken erg veel betaalde ervaringsdeskundigen buiten dit systeem..ook zijn we volop grijstinten bij vergoedingen voor vrijwilligerswerk.

  5. Ik vind vooral het volgende stuitend:

    “Maar wát er precies werkt bij de inzet van ervaringsdeskundigen is niet zo duidelijk. Er is nooit onderzoek gedaan naar de werkzame elementen. Gaat het om de herkenning in het contact, om bejegening, om aandacht voor herstel of om iets anders?
    Het feit dat ervaringsdeskundigen onder elkaar aan een half woord genoeg hebben, is zeer waarschijnlijk een belangrijke factor, maar we weten het niet zeker.”

    Eerder schreef ik hierover een blog (op dit platform) waarin ik betoogde dat filosofie uitkomst kan bieden in het verhelderen van het proces van ervaringswerkers (en de kernelementen daaruit; kennis, ervaring, deskundigheid).

  6. Ik zie kaalslag onder de opgeleide ervaringsdeskundigen. Ze onderscheiden zich niet, wilden alleen maar de hulpverlening in (via een opleiding) en weten de zogenaamde vrije ruimte niet te benutten om daadwerkelijke kruisbestuiving op het niveau van zorgcultuur en -organisatie te bewerkstelligen. Geen enkele kennis van enige cliëntenbeweging. Omgekeerd heb ik contact met ‘vrije’ vrijwilligers waarvan ik denk: dit mag niet, ga eerst voor jezelf zorgen, en waarom mag je zo vrijelijk je bemoeien met mensen in shit? Ellende.

  7. Ik heb er soms moeite mee, waarom niet samenwerken en meer flexibel zijn in protocollen? want wie houdt de boel dan in de gaten? Zelf te maken gehad dat ik mijn verhaal wou delen, maar nee, het verhaal moest ‘concreet’zijn en niet anders, hoezeer wil je mensen dan werkelijk een stem geven?

    Tweede: dit heeft me net zo min weer een traumaresponse gegeven, en heel eerlijk gezegd riekt dit ook naar discriminatie vanwege ’taal’ en ‘sociale gewoonten’ Ik ben een abstracte denker en beeldvormend, dit heeft mij dus enorm pijn gedaan en net zo goed weer teruggezet ondanks ervaringsdeskundig, heb je nog steeds te maken met ‘verschil van de mens’ Hierdoor kregen mensen ook voorrangsposities en dat voelt heel vervelend. Hier was ook niet van af te stappen want heb dit ook aangekaart, ze blijven vastzitten in hun visie/cirkel.

    Wie houdt er toezicht op alsmaar meer instanties die opduiken in de zin van ‘ervaringsdeskundige’ en wat gebeurt er op de achtergrond? en hoe deskundig is het in het algemeen. Ik maak me daar grote zorgen om.

  8. De best grote groep ervaringsdeskundigen of ervaringswerkers die volledig buiten dit debat vallen zijn degenen die niet binnen de ggz maar binnen het sociaal domein werkzaam zijn. Zoals bijvoorbeeld binnen de buurtteams in Amsterdam. Zij hebben niet veel met ‘herstel’ in de ggz context. Maar zijn wel degelijk zeer ervaringsdeskundig en van grote waarde. Dat zien we nu al. Ben wel benieuwd naar de opvattingen hierover.

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *